Graaf Floris V, 'der keerlen God', stelt de burgers van Haarlem gerust door garant te staan voor een borgstelling.
Een schoolmeester uit een Zeeuws dorpje krijgt zijn traktement voor verleende diensten in de kerk uitbetaald door de rentmeester der geestelijke goederen.
Een dienstbode uit een dorpje in Noord-Brabant verklaart dat zij nooit gemeenschap heeft gehad met haar werkgever, een eerlijk en net persoon, op wiens handel en wandel niets valt aan te merken.