In het Zeeuwse Veere hield de stadsregering streng toezicht op het eerbiedigen van de zondagsrust, zoals verordonneerd in het Placaet van Politie. Wie zich daar niet aan hield, werd streng gestraft. Dat heeft de waard van het schuttershof geweten. In zijn herberg werd op zondag gespeeld en gedronken en dat leverde hem een fikse boete op.
Maerten Nuijens stads onder schout alhier Eisscher
Contra
Hendrik Brand alhier woonagtig gedaagden.
De Eisscher poseerd in facto waar te zijn, dat den
gedaagden heeft kunnen goedvinden om op son-
dag den 16den october jongstleden, tusschen de
twee Kerk tijden in, in het schutters Hoff de
Busse gelegen buiten de warwijkse Poort dezer stad,
op de kolff baan te speelen, en gelag te helpen uit
maken, strijdig tegens het 4de articul van de
nadere ampliätie van het Placaat van Policie
binnen deeze Provintie in observantie, en bij de
staaten van dien op den 24sten Januarij 1673, ge-
arresteerd, uit welken hoofde den gedaagden heeft
geïncurreerd de boete van sestien schellingen
en 8 grooten vlaams, weshalven den Eisscher con-
cludeerd tot condemnatie in de betaalinge van
de gemelde somme met kosten.
Maerten Nuijens stads onder schout alhier Eisscher
Contra
Hendrik Brand alhier woonagtig gedaagden.
De Eisscher poseerd in facto waar te zijn, dat den
gedaagden heeft kunnen goedvinden om op son-
dag den 16den october jongstleden, tusschen de
twee Kerk tijden in, in het schutters Hoff de
Busse gelegen buiten de warwijkse Poort dezer stad,
op de kolff baan te speelen, en gelag te helpen uit
maken, strijdig tegens het 4de articul van de
nadere ampliätie van het Placaat van Policie
binnen deeze Provintie in observantie, en bij de
staaten van dien op den 24sten Januarij 1673, ge-
arresteerd, uit welken hoofde den gedaagden heeft
geïncurreerd de boete van sestien schellingen
en 8 grooten vlaams, weshalven den Eisscher con-
cludeerd tot condemnatie in de betaalinge van
de gemelde somme met kosten.
Maerten Nuijens stads onder schout alhier Eisscher
Contra
Hendrik Brand alhier woonagtig gedaagden.
De Eisscher poseerd in facto waar te zijn, dat den
gedaagden heeft kunnen goedvinden om op son-
dag den 16den october jongstleden, tusschen de
twee Kerk tijden in, in het schutters Hoff de
Busse gelegen buiten de warwijkse Poort dezer stad,
op de kolff baan te speelen, en gelag te helpen uit
maken, strijdig tegens het 4de articul van de
nadere ampliätie van het Placaat van Policie
binnen deeze Provintie in observantie, en bij de
staaten van dien op den 24sten Januarij 1673, ge-
arresteerd, uit welken hoofde den gedaagden heeft
geïncurreerd de boete van sestien schellingen
en 8 grooten vlaams, weshalven den Eisscher con-
cludeerd tot condemnatie in de betaalinge van
de gemelde somme met kosten.