‘Het ghecroonde aersgat’ (de gekroonde anus) is geschreven in de late zeventiende of vroeg achttiende eeuw door Jacob Hije (1667-1749), een rederijker uit Gent. In dit satirische en vunzige gedicht is er sprake van een ruzie om de macht ‘onder s’menschens leden’, de lichaamsdelen van de mens. Als de hand voorstelt om te dobbelen om het koningschap, grijpt ‘t aersgat in. Om aan te tonen dat hij de belangrijkste is, weigert hij nog langer zijn taken uit te voeren. De gevolgen zijn zo groot dat de andere lichaamsdelen gedwongen zijn om hem daadwerkelijk tot koning te benoemen. Nadat hij zijn voorwaarden zwart-op-wit heeft laten zetten, is hij eindelijk weer bereid om zijn werk te doen.
Transcribeer het afgebeelde blad en ontdek zo het politiek-getinte begin van het gedicht over het Heilige Roomse Rijk en de strijd die in het algemeen vaak ontstaat in een machtsvacuüm. Verwijst het gedicht mischien naar het verval van het Heilige Roomse Rijk na de Vrede van Westfalen (1648)?
Antwerpen, Letterenhuis, H 969/55
Met dank aan Bram Caers.