Dit is voor specialisten Breda 1574

vervolg blz 2

vervolg blz 3

Deel 1

Op huyden den zevenentwintischsten dach in Januario
int jaer van der geboorten ons Heeren anno XVC
vyeren zeventich Ludicx stijle voor de getuygen
naergenoemt ende mij openbaer notaris ondergeteickent,
compareerde in proppren persoone heer Cornelis
Snoeys, wijlen Adrianus Snoeys zone, priester
vicaris der kerck van Rijsbergen, heeft wittelick
geconstitueert, gemachticht ende in zijn stede gestelt,
constitueert, machticht ende stelt in zijn stede met
desen Jan Snoeys, Adriaen Snoeys ende
Henricken Snoeys, des voorsz. wijlen Adrianus Snoeys
zonen, zijn brueders, samentlick ende elcken van hen
besonder, ghevende hen ende elcken van hen
volcomen speciale onwederroepelicke macht ende
zunderling bevel om van zijnentwegen ende in
zijnen name te compareren voor schepenen van
Hoochstraten buyten vrijheyden ende allesins elders
daer dat behoiren ende behoeven zal, ende
aldaer voor zoe veel als in hem is ende het hem
constituant aengaet of aengaen macht oick mede
te bekomen te verlijden ende behoirlick te passeren
alsulcke scheydinge ende deylinge als opten yersten
dach van Maeerte anno XVC tweentzeventich
Ludicx stijle tusschen hem constituant ende /

Oei mij lijkt het vervolg verkeerd

Hierbij een verbeterd vervolg blz 2

Ps: -het valt me op dat de schrijfstijl totaal verschillen dis van de schrijfstijl van vb de vestbrieven.,

veel platter en uitgerokken...

Ps: datum in Ludicx stijl ??

Guido

Datum in Ludicx stijl = jaartelling volgens de Luikse jaartelling; het nieuwe jaar begon daar op Eerste Kerstdag in plaats van op 1 januari. Het nieuwe jaar begon dus enkele dagen eerder dan in gebieden zonder Luikse jaarstijl.

Zie voor meer over de jaarstijlen: https://watstaatdaer.nl/het-jaar

Hier het verbeterde 2e deel:

zijn brueders ende zusters gemaect is van oude aengaende
alsulcke goeden als bij den voorgenoemde wijlen Adriaen
Snoeys Henricx zone ende Geertruyt zijn huysfrouwe
hen vader ende moeder waren achtergelaten ende
daer dezelve hen ouders sucessie uutgestorven zijn
in ende met welcke scheydinge ende deylinge Goris
Snoeys des voorsz. wijlen Adriaens Snoeys zone hen
brueder tegens zijn brueders ende zusters gedaen is
op te oude staet ende erffenisse tot Meerssel
gelegen daerop wijlen hen ouders voorsz. bynnen hunnen
leven te woonen plagen ende daer zij successie
uutgestorven zijn met alle de stucken ende
paercheelen erven daertoe behoerende ende alle
andere haere toebehoerten zoe groet ende cleyn alse
gelegen zijn ende in alder manieren gelijck de voorsz.
wijlen hen ouders zaliger bynnen hennen leven die
beseten hebben, item hij heer Cornelis Snoeys
constituant gedeelt is op vyer rijnsgulden t'sjaers
onder Ghinneken die Kasselijn, Joost Meren weduwe,
eertijts uut te rijcken plach, item de voorn.
Jan Snoeys ende Adriaen Snoeys zijn brueders
tesamen gedeelt zijn op een zester reys erfflick
welck de erfgenaemen van wijlen Rombout Clinck
tot Breda over ten Haeghdijck gelegen zijn jaerlich
uut re reycken, Item de voorn. Henrick Snoeys
zijn brueder gedeelt op twee rijns-
gulden ende thien stuvers t'sjaers die Peeter Block
tot Etten opten Bremberch met zekere onderpande
aldaer schuldich is jaerlich uut te reycken, ende
noch op dertich stuvers t'sjaers die Adriaen Lauwen
schuldich is jaerlich uut te rijcken, item
Anne, Adriaen Snoeys dochter, weduwe wijlen Anthonis
Jan Anthonis zoons hen zuster gedeelt is op dertich
stuvers t'sjaers, ende op nogh zekere penningen ende
andere haeffelicke gouden, item Lijsbeth Adriaens
Snoeys dochter hen zuster gedeelt is op drie veertelen
rogs t'sjaers die de voorgenoemde Peeter Block uut zekere
onderpande tot Etten opten Bremberch gelegen is
jaerlich uut te rijcken, ende voerts op zekeren arffelicke
gouden, ende van dat des eens deel van gouden voorsz.
meerder of minder ofte oick beter of arger
is dan des anders hebben de parthijen brueders aen de
zusters voorsz. malcanderen onderlinge eerlijct ende /

mette portien overgetelt zijnde wittelick schuldich
te zijn Cornelis en Jan Marceliszone de
somme van achtentwintich karolus gulden ende vijf
stuvers elcken karolus gulden tot veertich grooten vlaems
eens, dewelcke hij Jan comparant den voorn. Cornelissen
Jan Marcelis zone ofte zijn actie hebbende thoonder van
desen bewijst t'Sint Jansdach in Junio
anno XVC 74 naestkoemende te ontfangen aen
Jan van Esch stocthouder alhier tot Breda in mindernisse
van alsulcke sterfhuyspenningen als gemaect zullen
worden opten coopdach van den huysraet ende haefgouden
bij wijlen Goderden zijn zoon achtergelaten, ofte
indyen de voorn. Jan van Esch daeraf dan in gebreke
waer zoo gelooft hij Jan Godert Peter Meeus zone comparant
voorgenoemd die achtentwintich karolus gulden ende vijf
stuvers voorsz. den voorn. Cornelisen Jan
Marcelis zone of zijn actie hebbende thoonder van dese
ten voorsz. Sint Jansdage in Junio anno XVC 74
naestcomende zelve dueghdelick op te leggen ende te
betaelen, verbyndende daervoor zijn persoon
ende alle zijn goeden, ruerende ende onruerende, jegenwoordige
ende toecomende, zonder fraude ende argelist. Aldus
gedaen ende gepasseert ter woonplaetse mijns notaris
tot Breda aen de oude Veemerct, opten zevenentwintichsten
dach in Januario int jaer van der geboorten ons Heeren
XVC vyerentzeventich Ludich stijle, in jegenwoordigheyt
van heer Cornelis Snoeys, priester vicaris der kercke
van Rijsbergen ende Jan van Ceters ingeseten poorter
ende borger der stadt van Breda, beyde als getuygen
hiertoe zunderling versocht ende gebeden.
Ende van mij Nicolaes van den Corput, openbaer
notaris, bij den Ed. Rade van Brabant geadmitteert
hiertoe oick zunderling versocht ende gebeden.