wie wil deze nakijken

je bent goed bezig, Roel

Bij dit soort handschrift is het goed dat je de transcriptie laat nalezen door 'verse' ogen. Ik heb wat aangepast, twee woorden zijn onzeker, vandaar de vraagtekens.

bij aldier het sijne gesontheijt
toe liedt, te meer alsoo men bekom-
meringe kreech, als of deenmercken
sich van Frankrijck weder liedt
aensoecken, en als ick sijne majesteit
verder spraek, over de character van
ambassadeur of envoijé, en de dachgel-
den, soo seijde sijn Majesteit dat U. H. Ed.
gelijck hadde, dat in geen minder qualiteit
als den Heere van Haeren naer Sweeden
wilde gaen, en dat de dachgelden voor
alle drie eguael mosten sijn, soo se envo-
ijees waeren. Dit is met U. H. Ed. parmis-
sie antwoort op dat point, ick salder
alleer(?) bij voegen dat den Envoijé
lente(?), suspect en voor frans gesint
---------------------------------------------------------
gehouden werdt, de konink geliefde
mijn oock te seggen, dat aen deselve
aengenaem sesen soude, U. H. Ed. met
sijnen Envoijé correspondeerde, en
dat hem geen oneffen man soude vinden,
den Heere Hop meijndt echter dat
hij niet van die solickheijt en is, en
met voorsichtichheijt moet gehandelt
werden, mijn daer uijt sijn selven
afspreekende, ick hebbe oock aen
sijne Majesteit gevraecht, over U. H. Ed.
de continuatie van U. H. Ed. commissie
inden Raet, die seijde dat hem aenge-
naem was, dat U. H. Ed. daer in continu-
eerde, en dat het tussen de Ridderschap
en de Stadt van Utrecht wierde
ingeschikt, ick vertrouwe dat

Andreas, helemaal top denk dat je gelijk hebt bij de vraagtekens

Dank dat je mee wilt kijken.

nog enkele aanpassinkjes gedaan

bij aldien het sijne gesontheijt
toe liedt, te meer alsoo men bekom-
meringe kreech als of deenmercken
sich van Vranckrijck weder liedt 
aensoecken en als ick sijne majesteit
verder sprack over de character van
ambassadeur of envoije en de dachgel-
den,soo seijde sijn Majesteit dat U.H.Ed.
gelijck hadde, dat in geen minder qualiteit
als den heere van Haeren naer Sweeden
wilde gaen, en dat de dachgelden voor
alle drie aeguael mosten sijn soo se envo-
ijees waeren. Dit is met U.H.Ed. parmis-
sie antwoort op dat point, ick salder
alleen bij voegen dat den Envoije
Lente suspect en voor frans gesint

-----------------------------------------------------------------
gehouden werdt, de koninck geliefde
mijn oock te seggen, dat aen deselve
aengenaem wesen soude, U.H.Ed. met
sijnen Envoije correspondeerde en
dat hem geen oneffen man soude vinden
den Heere Hop meijndt echter dat
hij niet van die solickheijt en is, en
met voorsichtichheijt moet gehandelt
werden, mijn daer uijt sijn selven
afspreekende, ick hebbe oock aen
sijne Majesteijt gevraecht, over U.H.Ed.
de continuatie van U.H.Ed. commissie
inden Raet die seijde dat hem aenge-
naem was, dat U.H.Ed. daer in continu-
eerde, en dat het tussen de Ridderschap
en de Stadt van Utrecht wierde 
ingeschikt, ick vertrouwe dat