Verzoek om transcriptie Notariële akte 1772

blad 2

blad 3

blad 4

blad 5

blad 6

blad 7

blad 8

blad 9

blad 10

blad 11

blad 12

blad 13

blad 14

blad 15

blad 16

blad 17

blad 18

blad 19

blad 20

blad 21

blad 22

blad 23

blad 24

blad 25

blad 26

blad 27

blad 28

blad 29

blad 30

blad 31

blad 32

blad 33

blad 34

blad 35

blad 36

blad 37

blad 38

1
INVENTARIS
Staat en boedelcedulle
doen maaken en instellen
bij Frans van Leersum, zoon
mede erffgenaam en gestelde
executeur van den boedel en
goederen, nagelaaten bij zijn
moeder Cornelia van Breukelen,
in leven weduwe en boedel-
houdster van Rijk van
Leersum, en dat van den
staat en gesteltenis des
boedels en goederen, nagelaten
bij gemelde Cornelis van Breu-
kelen, immers zo en in dier
voegen hij deselve boedel
gevonden heeft, op dato
/
van haar overleyden
voorgevallen daer de Roode
Brugge onder dezer
stads vrijheyd op den 29e
July dezes jaars 17C twee
en seventich en nu nog
bevindende is.

Omme tot kennisse van desen
inventaris te geraaken, diend vooraff
gepromitteerd:

Dat in leeven geweest zijn Rijk
van Leersum en Cornelis van Breukelen
in der tijd echtelieden.

Dat Cornelia van Leersum, dogter
van genoemde echtelieden, ten huwelijk is
getreden met eene Lauwrens Gresnich.
2
Welke Cornelia van Leersum na eenige kinderen
uyt dat haar huwelijk te hebben verwekt,
dezer weereld is koomen te overleyden.

Dat de eerstgenoemde Rijk van Leersum
en Cornelia van Breukelen op den
4 December 1764 des avonds omtrent
seven uuren zijn gecompareerd voor
Zeger Coenraad van Leenen, notaris en
zekere getuygen binnen deze stad.

Ende aldaar opgerecht en gepasseerd
zeker testamente.
Luydende aldus:

Op huyden den 4 December 1764
compareerden voor mij Zeger Coenraad van
Leenen, notaris s'Hoofs van Utrecht, binnen
Utrecht resideerende en bij de Ed. Groot
3
Achtb. Heeren borgemeesteren en vroed-
schap derselver stad geadmitteerd en
voor de nagenoemde getuygen.
Reyk van Leersum en Cornelia van Breu-
kelen, echtelieden, woonende aan de riviere
de Vegt bij de Roode brug ende verklaarden
te revoceeren, casseeren, dood en te niet
te doen alle voorgaande gepasseerde
actens, kragt van uyterste wille hebbende,
waar ter plaats en voor wat notaris
off gerechten, t'sij bij henlieden gesament-
lijk off een ider van hen in t'bisonder,
die ook gemaakt off gepasseerd mogte
zijn, alle dezelve houdende voor nul,
kragteloos en van onwaarden, ende
opnieuws disponeerende uyt haare
vrije en onbedwongen wille, in kragte
der octrooye van den Ed. Hove dezer
provincie, hiertoe te impetreren,
zo verklaarde de comparanten den een den
4
ander en alsulx de eerststervende aan
de langstlevende in volle en vrijen
eygendom te maken ende te bespreeken
allen haren imboedel en huyscieraad (ju-
welen, klijnodien, gemunt goud en zilver,
daar niet onder begrepen) gelijk sij ook
aan elkander in eygendom maken alle
sodanige goederen, als gespecificeerd staan
bij t'eerste articul der ampliatie en
verklaring der Ed. Mog. Heeren Staten s'lands
van Utrecht in date den 18 January 1700, over
eenige articulen van de ordonnantie deci-
soir gepubliceerd den 14e April 1659 en in 't overige
waarinne de comparanten testateuren elkander
den eygendom niet maaken off geven konnen ,
daarin verklaarde de eerststervende aan de
langstlevende te maken ende te bespree-
ken t'ususfruct en lijfftogt, sijn off
haar leven lang geduurende en dat alles
onverminderd de legitime portie der
comparanten kinderen off kindskinderen bij
5
representatie na rechten competeerende,
dezelve daarinne institueerende bij deze,
zo nogtans, dat aan de legitime zal
worden geimputeerd en aangerekent alles
wat dezelve kind off ouders der kinds-
kinderen van de comparanten off een van
hen genooten hebben, daaronder begrepen
ten reguarde van haar overleedene
dochter Cornelia van Leersum den uyt-
set en kosten bij de comparanten aan-
gewend op 't aangaan van haar huwelijk
met Lauwrens Gresnich en voorts alles
wat na rechten op de legitime kan
off mag worden geimputeerd.

Ende de langstlevende van hun beyde
verder disponeerende, verklaarde tot haar
eenige en universeele erffgenaam aan te
stellen, te nomineeren ende te institueeren
haaren zoon Frans van Leersum, eerste-
lijk in zijn volle en filaale portie, ende
6
de kinderen van haar overleeden dochter Cornelia
van Leersum, in huwelijk verwekt aan Lauw-
rens Gresnich, met naame Arien Gresnich,
Cornelia Gresnich en Reyk Gresnich, in der-
selver bloote legitime, hen na scherpheyd
van rechten in de nalatenschap van de
langstleven competeerende, ende 't overige
t'geen boven de legitime, onder aftrek
als voren, zal koomen over te scheiten, daar-
inne verklaarde de langstlevende der
comparanten testateuren tot haar eenige
en universeele erffgenaam aan te stellen
ende te nomineeren, haaren voorgemelte
zoon Frans van Leersum, alomme
met volkomene titulen van justitie.

En dat alles in extinctie der getrouwe
diensten en menigvuldigte arbijd door der
comparanten voornoemde zoon Frans van
Leersum van tijd tot tijd aan de
testateuren beweesen, en door hem in
7
den dienst der comparanten gedaan.
Stellende de beyde comapranten tes-
tateuren bij overleyden van de eerst-
stervende tot executeur off executrice van
deze haare uyterte wille, alsmede tot
voogd off voogdesse over zijn off haar voorsz.
na te latene minderjarige kindskinderen off
andere toesigt behoevende erffgenaamen,
de langstlevende van hun beyden, als-
mede bij overleyden van de langst-
levende der comparanten gemelde zoon
Frans van Leersum, gevende de eerst-
stervende aan de langstlevende van
hun bijden ende de langstlevende
aan hunnen genoemde zoon Frans
van Leersum esodanige ampele
magt, last en authorireit als eenig
voogd off voogdesse, executeurs off
executrice na rechten kan off mag
8
gegeven worden, ook specialijk de magt
van assumbtie, substitutie en surrogatie,
welke assumeerne of te substitueerene
voogden gelijke magt gegeven word bij deze.

Zijnde des comparanten expresse begeerte
om reedene hen daartoe moverende, dat
de begravenisse van de eerststervende
door de langstlevende en bij overleyden
van de langstlevende door hun genoemde
zoon Frans van Leersum, alleen zal
worden gedirigeerd en besteld, zonder dat
genoemde Lauwrens Gresnich eenig 't
minste bewind off directie zal worden
toevertrouwd, alsmede dat alle t'geene
genoemde minderjarige kinderen van der
comparanten dochter Cornelia van Leersum
sullen koomen te erven, door de
langstlevende en na overleyden
van dezelve door haaren voornoemde zoon
9
Frans van Leeuwen, ten dienste
en nutte van dezelve minderjarige
zal worden aangewend, alles zonder de
minste directie van genoemde Lauwrens
Gresnich.

Secluderende wijders uyt hunnen
boedel en nalatenschap alle oppervoog-
den, weesmeesteren, magistraten off gerechten
derselver gecommitteerdens ter wees-
off momboircamer, so hier als elders
alwaar hunlieder sterffhuys mogte
koomen te vallen, de minderjarige
woonagtig off eenige goederen gelegen
mogten zijn, alle dezelve behoudens
huh Ed. Eerw. specialijk bedankende
bij deeze, als willende dat aan
geen oppervoogden (buyten de hier-
vooren genomineerde en geconstitueerde
voogd) eenige oppening des boedels
10
zal worden gedaan off t'minste bewind
overgelaten.

Alle 't welke de comparante testa-
teuren verklaarde te behelsen hunlieder
testament, codicil, laatste en uytesrte wille,
die zij begeerde dat na doode zo van de
eerststervende als van de langstlevende
van hun beyde volkoomen standgrijpen
en effect sorteeren sal, 't sij als testa-
ment, codicil off zoo als 't selve best
na rechten zal konnen off mogen bestaan,
al waar 't schoon dat tot t'een off
ander eynde eenige solemniteiten
in dezen niet geobserveerd gerequireerd
wierde, die de comparanten begeeren dat
sullen worden gehouden even alsoff
die van woorde tot woorde hierinne
waren uytgerukt.
Versoekende hiervan acte die deze is.
Aldus gedaan en gepasseerd binnen
11
Utrecht, ten comptoire mijns notaris,
ter presentie van Gerardus van Wijk en
Wilhemus Schnitzel, mitsgaders Anthony
van der Steen als getuygen, die de
acte dezer nevens
de comparanten en mij notaris behoorlijk
ondertekend hebben op dato als voren
des avonds omtrent seven uuren.

Dat vervolgens in de maand December
1766 dezer wereld is komen te
overleyden genoemde Rijk van Leersum.

Nalatende tot zijne weduwe boedel-
houdster en mede geinstitueerde
erffgenaame, genoemde Cornelia
van Breukelen.

Alsmede zijn zoon Frans van
Leersum, rendant in dezen
12
en de drie kinderen van zijn voorover-
ledenen dochter Cornelia van Leersum,
alle in de naakte en bloote legitime.

Dat na doode van gemelte Rijk
van Leersum desselfs weduwe gemelte
Cornelia van Breukelen ongescheyden
en onverdeeld met haare kinderen
en kindskinderen gebleeven is.

En wel tot dato van haar overleyden
voorgevalle als in 't hoofd dezes gemeld.

Zonder (zo verre de rendant kenne-
lijk is) dat genoemde Rijk van
Leersum off Cornelia van Breukelen
op eenigerley wijse nader off anders
hebben gedisponeerd.

Dat de rendant in kragte van de
magt hem bij den testament gegeven
13
tot medevoogd over de drie minderjarige
kinderen van zijn overleedene zuster Cornelia
van Leersum, in huwelijk verwekt bij Lauwe-
rens Gresnich, heeft geassumeerd en genomi-
neerd denselve Lauwerens Gresnich.

Zijnde genoemde drie minderjarige
Arien Gresnich thans oud ontrend
18 jaaren,
Cornelia Gresnich oud ontrent 17 jaaren,
Rijk Gresnich oud circa 16 jaaren.

Met welk genoteerde dan treedende
tot inventarisatie.

Zo word gesteld 't
14
Eerste Capittel
van contante penningen

Even voor 't overleyden
van opgemelde Cornelia van
Bruekelen is door de ren-
dant de contante penningen
in bewaaring genomen en
bevonden dezelve te den-
deeren de somma van
twee duyzend seven
honderd een en seventig
guldens, dus            2771.-.-
15
Tweede Capittel
van personeele obligatien

Een obligatie groot een duyzend
gulden ten lasten van den heer en
mr. Paul van Alen, in leven
advocaat voor den Ed. Hove dezer
provintie volgens obligatie in
dato 11e Maart 1742, rentende tegens
2½ percento, dus        1000.-.-

En van welke heer Paul van
Alen erfgenaam geweest is
[open plek] Bijleveld, brouwer tot
Vleuten, die ook zederd 't overlijden
van genoemde advocaat van Alen de
jaarlijkse renten heeft voldaan.
Renten op dezelve obligatie
ten agteren zederd 11 Maart 1772 tot
dato van 't overlijden zijnde 29
July 1772, dus voor 4 maanden 18 dagen    9.11.6
                        1009.11.6
16
Derde Capittel van
meubilen en huyscieraad

Een bed        )
Een peuluw        )         20.-.-
Twee deekens        )
Vier kussens        )

Een bed        )
Een peuluw        )         12.-.-

Een paar gordijnen en een val
voor de bedsteede            3.-.-
Een dito voor de glaasen        -.4.-
Een paar groende gordijnen        2.-.-
Tien slaaplakens            15.-.-
Negen sloopen            3.-.-
Twee tafellakens            1.10.-
Vijf handdoeken            1.10.-
Een lapje vries                1.10.0
Een oude hangoortafel en
een tafel                1.-.-
                    
17
Twaalff oude stoelen            1.16.-
Drie theebledjes    )
Een wastob        )        1.10.-
Een vuurscherm    )
Drie schilderijen    )
Een oorlogie zijnde een wekker    6.-.-
Een poud spiegel en
twee schotelrekken met 16 Delfse
schootels                4.-.-
Een porcelain rekje        )
Een dito            )
(daar op)            )    3.-.-
15 kopjes en 15 schoteltjes    )
procelain in soorten        )
Ses Delfse schootels voor de
schoorsteen
Ses dito voor de bedsteede        1.10.-
Eenige aarde potte en pannen        1.-.-
een kleyne quantiteit turff en
116 bosjes essen brandhoud        3.-.-
18
Twee leepelhuysjes met 22
tinne lepels                2.10.-
Een Delfs stel van vijve op de kast    1.-.-
Een kopere potketel            6.-.-
Een dito dito                5.-.-
Een dito dito                2.-.-
Twee koffy keteltjes            3.-.-
Een oude eyke kast            2.-.-
Een coopere bedpan            1.10.-
Een dito blaker            )
Een dito markt emmer        )    3.-.-
Drie dito coffy kannen        )
Twee dito theebusjes    )
Een dito suykerbusje    )
Twee coffymolens    )        2.-.-
Een strijkijzer        )
Een dito trekpot    )
Een copere degen    )
Drie tinne schotels            5.-.-
Een tinne kom en deksel
19
Een dito kandelaar        )
Een dito pijpkan        )
Een dito bierkan        )    4.-.-
Een dito trekpot        )
Een dito waterpot        )
Een dito waterfles        )
Een hangpot        )
Een hangijzer        )
Een koekepan        )
Een haalketting    )        3.-.-
Een blaaspijp        )
Een tang        )
Een haardijzer        )
[Totaal]                    122.10.0

Vierde Capittel van
kleederen, linde en wolle

Een seyde sluyer            12.-.-
Een damaste vrouwerok        4.-.-
Twee segie dito            2.-.-
20
Een baje rok            )
Een gestreepte dito        )    4.-.-
Vijf jakken                10.-.-
Drie schorteldoeken            1.10.-
Dertien vrouwehembden        20.-.-
Seven neusdoeken            1.10.-
Vijftien mutsen                8.-.-
Vier neerstels            )
Drie ondermutsen        )    3.-.-
Een schoudermantel        )
Een regenkleed        )
Een paar oude muylen en
klompen en eenige
oude prullen                1.10.0
                    67.10.-
21
Vijfde Capittel
van goud en zilver

Een paar goude bellen            10.10.-
Ee paar dito met pareltjes        6.-.-
Een gouden ring        )
Een ditot dito            )    36.-.-
Een dito dito            )
Een dito dito            )
Eern bloedcorale ketting met
een goud bootje            5.-.-
Voordeel voor de zoon:
Twee goude hembdsknoopen
Een ketting met een goud
kruys en bootje            6.-.-
Twee zilvere beugels            32.-.-
Voordeel voor ut supra
Een paar dito schoengespen
Een dito snuyffdoos            3.-.-
Voordeel voor ut supra    
Een paar dito broeksknoopen
Twee silvere slootjes an een memorie-
boekje                    1.-.-
                    99.10.-

De goederen in de voorenstaande 3e, 4e, en 5e capittel zijn bij mij ondergeschreven vendeuren ge-
taxeerd op zodanige somma als bij ider derselver staan uytgedrukt, belopende 't derde
capittel de somma van ƒ 122.10,-, 't 4e capittel ƒ 67,40, 't 5e capittel ƒ 99.10.-, tesamen
bedragen twee honderd negen en tachentig gulden tien stuvyers, op den
3e September 17C twee en seventich
[onleesbare ondertekening]
22
Sesde Capittel
van sodanige penningen als
de overleden en haar man gewild hebben
dat op de legitime der
kinderen van Cornelis van
Leersum geimputeerd en aan-
getekend zoude worden.

De rendant zal uyt consideratie
der sobere toestand van dezelve kinde-
ren en derselver ouders zulx voor
alsnog noet specificeeren, maar
't selve alhier uyttreken per        memorie

Sevende Capittel
van sodanige penningen
als de rendant op en na 't
overleyden gedboucheerd heeft
zo rten behoeve van lauwrens Gresnich
als desselfs kinderen

De rendant heeft op 't overleyden ver-
strekt aan Cornelis Gresnichg tot 't
23
kopen van eenige rouwkleederen        14.-.-
Ten dienste van Lauwrens Gresnich
heeft de rendant betaald den 4 Augustus
1772 aan Gijsbert van Rooyen voor laa-
ken tot een camisool en hembdrok met
toebehooren, bedragende        17.9.-
Voor een hoed                2.-.-
En voor kousen            1.16.-    21.5.-
Ten dienste van Rijk Gresnich heeft
den rendant voldaan aan den laken-
koper van Rooyen voor laken tot een
wambuys en broek met toebehooren, der
selver                11.9.0
Voor eenig linne            3.3.-
Maakloon van de hembden        -.7.-
En voor koussen            1.15.-
Aan Dirk de Groot voor schoene
't maken van een nieuwe
broek en wambuys            12.-.-
Voor leveraaie van twee nieu-
we dassen                3.12.-
Voor een niiwe hembrok en kousen    5.12.-
En voor maakloo van een nieuw
wambuys en broek            2.6.-    40.4.-
                        75.9.-
24
Achtste Capittel van
schulden en lasten des boedels

Den rendant heeft betaald aan
Antje, huysvrouw van Cees
Kreutel die de overleedene
heeft bediend                    3.6.-
Aan brood en melk ten dienste
van de overleedene                -.10.-
Aan klijn verschot                -.4.-
Aan brood                    -.7.-
Aan melk                    -.4.-
Aan brood op differente tijden            -.9.-
Aan Antje voorndt. voor haar loon        1.10.-
Aan Cornelis Emmeklaar            9.5.10
Den notaris en procureur Zeger Coenraad van
leenen voort maaken en instellen
deeser met verschot van zegels, leges,
vendumeester en wat dies meer is        66.-.-
                        81.18.10
25
Negende Capittel
van doodschulden

Op 't overleyden van de overleedene
is bij 't ontwaade betaald
aan drank                    -.11.-
Voor 't ontwaade van de over-
leedene                    2.-.-
Voor 't prepareeren van 't dood-
kleed                        -.11.-
Voor 't kleedje op de kist            -.6.-
Aan Antje voor haar dienst
geduurende 't leyk boven
aarde stond                    1.13.-
Aan dezelve voor 't reynige
van 't huys en verdere diens-
te                        -.9.-
Voor brengen van't bier            -.2.-
Aan Steven Eykelenboom voor 't maaken
van de doodkist                12.-.-
                        
26
Aan den chirurgijn van der Wagt
voor gedaan visites en verban-
den                        17.3.-
Aan den apothecars Ketel
voor geleverde medicamenten            8.4.-
Aan koekjes en andere nood-
wendigheeden op de beaarding        1.8.-
Aan Leena over haar dienst
op de beaarding                1.-.-
Aan bier op de begrafenis met
impost                        32.17.8
Een halff vat affgetapt bier met
impost                        6.3.4
Aan 't huys brengen van 't selve        -.6.-
Aan 't brengen van de baar            -.4.-
Ut supra van 't kleed                -.4.-
Aan den groeffbidder Meyers
voor zijn dienst etc.                10.4.-
Aan de dragers memorie
Aan brood op de begrafenis ut supra
27
Aan 't luyden van de klok            1.4.-
Aan boter en kaas op de begra-
fenis                        5.19.12
Aan pijpen op de begrafenis            -.15.-
Aan een mud koorn aan de armen
met impost en maalloon            19.15.-
Aan de priester ter causa pietaté        20.-.-
Aan de zangers                2.-.-
Aan de meyd van de priester            2.-.-
Aan bakken van 't brood            1.10.-
Aan kerkenregt, openen van 't
graft, baar en overhoeff            17.12.-
Aan 't breeke van glaase op de
begrafenis                    -.12.8
Aan Jan Moesman voor 180
garstebroode en 30 wijtebroode        19.10.-
Voor te doene jaargetijde in
de kerk en gewoone zielmisse            30.-.-
                        225.7.4
28
Lege maar wel genummerde pagina
29
Welke voorenstaande inven-
taris is doen maken en instellen bij mij ondergeschreven
in qualiteyt als in't hoofd dezes gemeld, na mijn beste kennisse
en wetenschap dien ik van den staat en gesteldheid
des voorsz. boedels ben hebbende, zonder voorbedagte-
lijk daarop iets te hebben gebragt 't geen daar aff
behoorde te zijn gelaaten, off daaraffgelaaten te hebben
't geene daarop behoorde te zijn gebragt, protesteeren-
de derhalven, dat indien namaals nog ietwes ter
mijner kennisse ofte te voorschijn mogte koomen,
t'zij tot voor off nadeel van dezen boedel, dat
dan dezen daarmede zal mogen en moeten
worden gecorrigeerd, geamplieerd en gedresseerd,
t'zij vermeerderd off verminderd, zoals bevonden
zal worden te behooren, dermaten dat ik
en een ider sullen sijn en blijven in mijn off
een iders geheel en goed recht onverkort.
Presenteerende onder de voorsz. reserva-
tie daarop te doen den gewoonlijken boedeleed.
Actum Utrecht dezen 10 September
17C twee ens eventich.
X Dit merk is gesteld bij Frans van Leersum
Mij present Zeger Coenraad van Leenen
30
Op huyden den tiende
September 1772
Compareerden voor mij Zeger Coenraad van Leenen,
notaris 's Hoofs van Utrecht en voor de nage-
noemde getuygens
Frans van Leersum, zoon
en mede geinstitueerde erffgenaam van desselfs ouders
Rijk van Leersum en Cornelia van Breukelen, mits-
gaders gestelde voogd over Arien Gresnich, Cornelis
Gresnich en Rijk Gresnich, alle minderjarige
kinderen van zijn vooroverleeden suster Cornelia
van Leersum, in echte verwekt aan Lauwrens
Gresnich en mede-erffgenaamen pro legitima
van denselven Rijk van Leersum en Cornelia
van Breukelen, ter eenre, ende denselven
Lauwrens Gresnich, weduwenaar van gemelde
Cornelia van Leersum, als gestelde en geas-
sumeerde mede voogd over de drie zijne genoemde minder-
jarige kinderen, geadsisteerd met Anthony van der
Steen, oudoom van dezelve minderjarige, als ad
illum acta gekoore mede deel voogd in deze,
ter andere zijde, te kennen gevende, dat Cornelia
31
van Breukelen in leven weduwe en geinstitueerde
erffgename van haar overleedene man Rijk van Leer-
sum, op dato als hiervooren gemelde dezer weereld
zijnde overleeden, de eerste komparant hadde doen
maaken en instellen den vorenstaande inventaris
en boedelcedulle, en bij acte den 20e Augustus
laastleeden voor mij notaris en getuygen gepas-
eerde, tot mede voogd hadde geassumeerd den
tweede comparant, mitsgaders een dubbeld van
deselve inventaris aan hem ter resumbtie over-
gegeven, welke inventaris den tweede comparant
verklaarde te approbeeren ende te ratificeeren,
dan dat de comparanten zo in prive als qualiteyt ge-
negen zijnde conform den testament door hun
genoemde ouders en der pupille grootouders
gepasseerd, dien boedel te schiften, scheyden
en verdeelen, zo word bevonden uyt de daarop
geformeerde bourdrelle de voordeele van dien
beschreeve bij 't 1e, 2e, 3e, 4e, 5e capittel van
denselve inventaris te rendeeren de somma
van vier duyzend seventich gulden eene stuyver
ses penningen (zonder daaronder te comprehe-
deeren 't voordeel den eerste comparant als
oudste zoon competeerende) off te specificeeren, dat
32
geene den tweede comparant staande zijn huwe-
lijk met Cornelia van Leersum, als na derselver over-
lijden van de alsnu overleedene Rijk van Leersum
en Cornelia van Breukelen genooten en ontfangen
heeft, en 't geene dezelve echtelieden bij hunnen tes-
tamente in de præmisse dezer geinsereerd,
gewild hebben dat op de legitime de drie min-
derjarige competeerende gekort en aangereekent
zoude worden, 't welk voor alsnog word voor-
bij gegaan, dat wijders van de voorsz. voordeele op
die inventaris geëxpresseerd affgetoogen zijnde,
de schulden en lasten van denselven boedel, ook de
doodschulden beschreeve bij 't 8e en 9e capittelen, te-
zaamen ten beloopen van tweehonderd seven en negentig
guldens vijff stuvyers veertien penningen, zo quam
te blijken tusschen den eerste comparant en des
tweede comparants pupille zuyver deelbaar te
zijn de somma van drie duyzend seven honderd
twee en zeventig guldens vijfftien stuvyers acht
penningen, waarinne den eerste comparant
eerstelijk competeerd de gerechte helfte ter somma
van een duyzend acht honderd ses en taggentig
gulden seven stuvyers twaalff penningen.
Ende dan nog 't geene boven de legitime
aan des tweeden comparants kinderen besprooken
33
komt over te schieten ter somma van een duyzend
twee honderd seven en vijfftig guldens elff
stuvyers twaalff penningen, tezaamen beloopende
eene somma van drie duyzend een honderd drie
en veertig gulden negentien stuvyers acht pen-
ningen, blijkende oversulx des tweede compa-
rants drie kinderen zuyver te competeeren
hunnen legitime portie, zijnde een derde van
de helfte der suyvere nalatenschap, en dus
ten beloope van seshonderd acht en twintig
gulden vijfftien stuvyers vijfftien penningen,
en dat alles onder korting van 't voordeel
den eerste comparant als oudste zoon
van zijn overleedene vader competeerende
voor zo verre 't selve op den voorenstaande
inventaris genoteerd staat.
Dat de gezamentlijke comparanten dan
daarmede treedende tot schifting, schijding
en verdeeling van denselven boedel, zo ver-
klaarde den tweede comparant in zijn
genoemde qualiteyt aan de eerste comparant,
genoemde Frans van Leersum, in volle en
vrijen eygendom toe te schijden en aan te bedeelen
34
alle de voordeele van denselven boedel beschreeven
bij 't 1e, 2e, 3e, 4e en 5e capittelen van vorenstaande
inventaris, sijnde de contante penningen als-
mede de obligatie ten laste van den heer mr.
Paul van Alens en 't daarbij beschreevene
capitaal met de daarop verscheene en nog
lopende renten vandien, item alle de meubi-
len, huyscieraad, kleederen, zo van linnen als wolle,
goud en zilver tesamen ten beloope van vier duy-
zende seventig gulden eene stuvyer ses penningen
op de last nogthans van alle de schulden en lasten
mitsgaders de doodschulden beschreeve bij 't
achtste en negende capittel van meermalen
genoemde inventaris, welke schulden en lasten
den eerste comparant voor zijn prive rekeninge
is nemende bij deze, met belofte omme hem
tweede comparant en zijn genoemde kinderen
van dezelve schulden en lasten bij de genoemde
8e en 9e capittelen van dien inventaris uytge-
trokken voor altoos te zullen indemneeren
en bevrijden.
Waartegens den eerste comaprant aan den
tweeden comparant in zijn qualiteyt als voogd over
zijne drie minderjarige kinderen voor en ten
35
Blad 35 ontbreekt
36
de overleedene te employeeren ten dienste en nutte
van dezelve minderjarige. En waarmede den
tweede comparant in zijn gemelde qualiteyt volkome
genoegen is nemende.
Met alle 't welke de bijde comparanten
zo in prive als qualiteyt verklaaren den boedel en goe-
deren door hunlieder ouders en der pupillen grootouders
maternel nagelaaten, te houden voor geschift,
gescheyden en volkomen verdeeld, renuntieerende
derhalven, zo in prive als qualiteyt den een ten behoeve van
den andere van een iders aanbedeelde en toegescheyden goe-
deren, penningen en effecten sonder eenige verdere actie recht
off pretensie (anders als voorsz. staat) op elkander, zo in
prive als qualiteyt te reserveeren off behouden, met wederseydse be-
lofte omme elkander over en weder 't effect dezer gerust en
vreedig te zullen doen genieten, ook met belofte omme hier-
tegens nooyd iets te zullen onderneemen in off buyten rechten,
veel min gedoogen dat zulx van hun off der pupillen wegen
geschieden, direch off indirect, daartoe verbindende hun
en des pupillen persoonen en goederen, dezelve submitteerende
de judicatuure en ten bedwang van alle heeren hoven, rechteren
en gerechten en speicaal den Ed. Hove dezer provintie en
Ed. Achtb. Gerechte dezer stad.
Versoekende hiervan acte die deze is.
Aldus gedaan en gepasseerd binnen Utrecht ter præsentie
van Anthony Fredrik Swaap en Everhardus Pieter Bosch,
clercquen als getuygen hiertoe versogt op dato voorsz.
X Dit merk is gesteld bij Frans van Leeuwen
& Dit merk is gesteld bij Lauwrens Gresnich
$ Dit merk is gesteld bij Anthony van der steen
A. Swaap
E.P. Bosch
Zeger Coewnraad van Leenen notaris
37
Blad 37 ontbreekt

Geert, ontzettend bedankt voor al het werk dat je verricht hebt. Ik zie dat blad 35 en 37 ontbreken. Dat zal wel een rede hebben? 

Met vriendelijke groet 

André Gresnigt 

De ontbrekende pagina 35 heb ik opgezocht en volgt hieronder. Pag. 37 is gewoon de laatste pagina. Nu ontbreekt er dus niets meer.

behoeve van dezelve minderjarige verklaarden
in vrijen eygendom (onder de reservatie bij 't
6e en 7e capittel geëxpresserd) toe te scheyden
en aan te bedeelen de somma van ƒ 628.15.15
in volle voldoening der legitime dezelve
minderjarige competeerende, zijnde voor een
ider van hen en dus voor Arien Gresnich
tweehonderd negen gulden twaalff stuvyers
vijfftien penningen, Cornelia Gresnich gelijke
twee honderd negen gulden twaalff stuyvers
vijftien penningen, en eyndelijk Rijk Gresnich insgelijks
tweehonderd negen gulden twaalff stuvyers
vijfftien penningen, met belofte omme zo ras dezelve
minderjarige off een ider van hen den ouderdom
van vijff en twintig jaaren off zo door 't huwelijk
als andere geapprobeerde staat hunne mundige
dagen zullen hebben bereykt, uyt te keeren ende
te voldoen hun hiervoren toegescheyden penningen
en inmiddels geduurende derselver minderja-
righeyd daarvan te betaalen de renten
na rato der som en tijd, gelijk de overlee-
dene van de obligatie bij 't 2de capittel ge-
nomineerd genooten heeft, zijnde twee en een halff
percento jaarlijx, omme volgens begeerte van bijde