verkoopacte dd 1697 - deel 1

In manieren ende op conditien naarvolgende
bekennen Dirck Gisteranus, mr. schoenmaecker, woonende binnen
dese stad Delft, vercocht, ende Joris Mareyn, mede woonende binnen
deselve stad, van hem gecocht te hebben een huys ende erve,
staande ende gelegen aan de noordzijde van de Pepersteegh alhier,
vanouds genaemt de Roode Mantel, belend ten westen het
kleyne huysie van Heinderick Oudenhoorn, onder, ende het groote
huys van denselven Oudenhoorn, genaamt Het Spoor, boven,
ende aan de oostzijde belend den voornoemde kooper, streckende
voor van de straate tot agter aan Gerrit van Bart, in
alsulcker vougen ende manieren als het voorsz. huys ende
erve jegenwoordigh beheynd, betimmerd ende bepaelt staet, behoud-
dens een yder sijn goed regt van drop, light, timmeragie, waterloo-
singen en dergelijcke ende wijders met soodanige dominerende
ende lijdende geregtigheden ende servituyten als het voorsz. ver-
coghte heeft ende subject is, ende als innehouden de ouder
brieven, contracten ende bescheyden daervan, soo onder den
verkooper als onder de eygenaars van de buyrhuysen berustende,
daarnaar den kooper hem sal moeten reguleren, sullende deselve
oude brieven voor soo veel den verkooper magtigh is aan den
kooper werden overgeleverd, sijnde dit vercofte belast volgens de
voorsz. oude brieven met den opstal van twee gulden thien stuyvers
jaarlijcx aan verscheyde partjijen, waarvan voor desen ontfan-
gen is bij de erffgenamen van Jan Born vijffthien stuivers, verschij-
nende Mey, ende seven oortges bij die van de Comans-kolff, verschijnen-
de Voorschoten marckt, seven en een halve stuiver bij den rentmees-
ter van de conventuale goederen alhier, ende wierd het verdere in
voorige jaaren niet gemaant, dan werd jegenwoordigh daarvan gemaant ende
aan den remteester van de convetuale goederen alhier betaalt seven