Graag controle bij deze opdrachtbrief.
87[r]
Michiel Bastiaenssen de Cock principaell, schult[weggevallen]
Adriaen Symonss borch ende medestander,
Ende Adriaen Cornelissen de Vus?, borch
Wij Johan Harlaer[,] schout in den ambacht van Soeter[-]
Meer[,] Pieter Adriaenss Colen, ende Jan Cornelissen Hensbrouck
schepenen in denselven ambachte oirconden ende kennen dat
voor ons gecomen, ende persoonlijcken gecompareert sijn Michiell
Bastiaenssen de Cock als principael schuldenaer, ende Adriaen
Sijmonssen beijde woonnende in Sehwaert als borch, ende meede-
stander, mitsgaders Adriaen Cornelissen de Ruw woonnende in
Soetermeer als borch, ende mede principaell, elcs ende voor all,
ende y solidum, renuncierende tot dien eynde de benefitien ordinis
de usionis executionis, soo veel beduydende dat dezelve
benefitie gerenuncheert sijnde machinen voor de geheelle schult
aensprecken ende executeren die het den houder deses gelieft
hen houdende sulcks vanden effecte endewerckinge vandien well
onderrecht, ende bekennen dienvchende mitsdeesen wel, ende
deuchdelijcken schuldich te weesen aen Wijntgen Fransdr van Leeuwen
wilhe ende boedelhoutster van sa[liger] Johan Deijman, voor d’eene
helfd, ende Maria Boumans weh ende mede boedelhoutster
van sa[liger] Adam Franssz van Leeuwen voorde wederhelfte, off
den gerechten honder deses brieffs, de somme van een duijsent
vyffhondert ende tweentsestich carolus gulden tot XL grooten tstuck
spruijtende uijtsaecke dercoop ende opdracht, eerst van een
stuck heellck, riet ende gebroockenlandt leggende tot Poetermeer
voorss[creven] buijttenwech, te verongelde voor twee mergen ashout cleijne
maet, soo goet ende quaet als het voorgaende verongelt es,
streckende uijtte voorwechse wateringe tot Adriaen Cornelisz
Dingnaerssoons landt off watertoe, belent noortwest Adriaen
Cornelissen Bremer, ende lijsbeth Bromers met Ingelanden, suijtoost
tnaevohende parceell, ende noch van een parceel zeellants leggende
alsvooren, int mergenbouck bekent staende voor anderhalff mergen
cleijne maet, streckende mede uijtte voorwechse wateringe totten voirs[creven]
Adriaen Corn[enlisz] Dignaerssoons lant off watertoe, ende dit mette
schuijr op ’tselve landt staende, belent aen de noortwestsijde
t voorgaende parceell, ende aende suytoost syde den voorschreven
Adriaen Cornelis Duynaerssen met Vranck Cornelis Dingnaerssen sijn
broeder, te betalen de voors[creven] somme van een duysent vyff
hondert, ende tweentsestich carolus gulden, met een gerecht vijff
depaert van dien gereet, ende voorts met gelijcke vijffdepaert sjaers
? den tweeden februarij anno 1639 terste, ghe[-]
duyrende alsdan soo voorts aen van jare tot jare ter volle betalinge
[87v]
somme toe, doch meije daeraen ?
een gericke van de selve betelinge iedert ?
telcken interesse te moeten betalen naer ? ? ? ?
int jaer, sonder dat de comparanten in deesen onder tden
van te betalen interest de betalinge sullen mogen uyt steven ?
als het de houders deses brieffs gelieft, ende dat alle
vrijen suineren gelde, sonder eenige cortinge van verpandi
contributiën off schattingen ordinaris off extraordinan
van X XXXL l c minder off meerder pennigh, ende ?
impositiën bekent ende onbekent bij wien in wat manijere
ofte tot wiens laste dselve alreede ingestelt ende omges
sijn ofte alsnoch ingestelt, ende omgeslagen souden mogen werde
hoemen die soude mogen noemen, niet ter werelt uytbesonder
oock niet gchenstaende eenige placcaten off ordonnantiën uijtgegeven
off noch uijt tegenen tet contrarie disponeren, als bekennen
tselve aende coop genooten, ende d'voors landen ten dien regarde
te minder in prijse gecocht te hebben, verbindende de ?
cooper, ende mede stander voorn[noemt], tot verseeckertheyt vande
betalinge in voeen alsvooren, eerst specialijcken ’tselve
gecochte landt met datmen daerop ende in hetinden sal mogen
voorts verbindende alle drie de voors. comparanten elcxs hem
persoon, ende generalick alle hare goederen, roerende, onroeren
present ende toecomende de keur vandien subject alle
rechten, ende rechteren mette costen daeromme doen, des soo
beloven de principael comparanten voorn[noemt], onder gelijck
speriael, ende generael verbandt alsvoorene, den voors[creven] haeren
borge van deesen weder te bevrijden, costelas ende schaden
behouden, alles sonder eenich bedroch ? ofte bose list
t’oorconden deesen schultbrieff bij mij schout voors den
verlijde, ende begeerte vande comparanten voor noempt
mijn gewoonlijck schel in groenen was uijthangende besehelt
ende tot meerder kennis denselven brieff meede bij mi
byde voornoempde schepenen, onder de plijcke alse
in ’t protocoll respectivelijcken onderteijckent op den
juni anno XVIC ende achtendertich
J. Harlaer
Pieter Adriaenss Colen
Jan Cornelissen Hensbroeck
Michiel Bastiaenssen de Cock principaell, schult[weggevallen]
Adriaen Symonssen borch ende medestander,
ende Adriaen Cornelissen de Ruw, borch
Wij Johan Harlaer, schout in den ambacht van Soeter-
meer, Pieter Adriaenssen Colen, ende Jan Cornelissen Hensbrouck,
schepenen in denselven ambachte, oirconden ende kennen dat
voor ons gecomen, ende persoonlijcken gecompareert sijn Michiell
Bastiaenssen de Cock als principael schuldenaer, ende Adriaen
Symonssen, beyde woonnende in Segwaert, als borch, ende meede-
stander, mitsgaders Adriaen Cornelissen de Ruw woonnende in
Soetermeer als borch, ende mede principaell, elcxs een voor all,
ende in solidum, renunchierende tot dien eynde de benefitien ordinis
de unisionis excussionis, soo veel beduydende dat dezelve
benefitien gerenunchieert sijnde mach men voor de geheelle schult
aenspreecken ende executeren die het den houder deses gelieft,
hen houdende sulcxs van den effecte ende werckinge vandien well
onderrecht, ende bekennen dienvolgende mitsdeesen wel, ende
deuchdelijcken schuldich te weesen aen Weyntgen Fransdr van Leeuwen,
weduwe ende boedelhoutster van saliger Johan Deyman, voor d’eene
helfte, ende Maria Boumans weduwe ende mede boedelhoutster
van saliger Adam Franssen van Leeuwen voorde wederhelfte, off
den gerechten honder deses brieffs, de somme van een duysent
vijff hondert ende tweentsestich carolus gulden tot XL grooten tstuck
spruytende uyt saecke dercoop ende opdracht, eerst van een
stuck heell, riet ende gebroockenlandt, leggende tot Soetermeer
voorsz. buyttenwech, te verongelden voor twee mergen een hont cleyne
maet, soo goet ende quaet als het voorgaende verongelt es,
streckende uytte voorwechse wateringe tot Adriaen Cornelisz
Dingnaerssoons landt off watertoe, belent noortwest Adriaen
Cornelissen Bremer, ende Lijsbeth Bromers met ingelanden, suytoost
t'naevolgende parceell, ende noch van een parceel heellants leggende
alsvooren, int mergenbouck bekent staende voor anderhalff mergen
cleyne maet, streckende mede uytte voorwechse wateringe totten voirsz.
Adriaen Cornelis Dignaerssoons lant off water toe, ende dit mette
schuyr op ’tselve landt staende, belent aen de noortwestsijde
t voorgaende parceell, ende aende suytoost sijde den voorschreven
Adriaen Cornelis Duynaerssen met Vranck Cornelis Dingnaerssen sijn
broeder, te betalen de voorsz. somme van een duysent vijff
hondert, ende tweentsestich carolus gulden, met een gerecht vijff-
de paert van dien gereet, ende voorts met gelijcke vijffde paert sjaers
Vrou Lichtmisdagen den tweeden february anno 1639 t'eerste, ghe-
duyrende alsdan soo voorts aen van jare tot jare ter volle betalinge /
[der geheele] somme toe, doch meye daeraen jaerlijcks wel betaelen
ende bij gebreecke van de selve betalinge zedert Lichtmisse
telcken interesse te moeten betalen naer beloop van de interesten
int jaer, sonder dat de comparanten in deesen onder der sell-
van te betalen interest de betalinge sullen mogen uytstellen langer
als het de houders deses brieffs gelieft, ende dat alles in
vrijen suyveren gelde, sonder eenige cortinge van verpondingen,
contributiën off schattingen ordinaris off extraordinaris
van Xe, Xxe, Xle, Le, Ce, minder off meerder pennigh, ende andere
impositiën, bekent ende onbekent, bij wien in wat manieren,
ofte tot wiens laste dselve alreede ingestelt ende omgeslagen,
sijn ofte alsnoch ingestelt, ende omgeslagen souden mogen werden,
hoe men die soude mogen noemen, niet ter werelt uytbesondert,
oock nietjegenstaende eenige placcaten off ordonnantiën uytgegeven,
off noch uyt te geven ter contrarie disponerende, als bekennende
tselve aende coop genooten, ende d'voorsz. landen ten dien regarde
te minder in prijse gecocht te hebben, verbindende den principale
cooper, ende medestander voorn., tot verseeckertheyt van de
betalinge in voegen alsvooren, eerst specialijcken t'selve
gecochte landt met dat men daerop ende in bevinden sal mogen,
voorts verbindende alle drie de voorsz. comparanten elcxs hen
persoon, ende generalijck alle hare goederen, roerende, onroerende,
present ende toecomende, de keur vandien subject allen
rechten, ende rechteren, mette costen daeromme doende, des soo
beloven de principael comparanten voorn. onder gelijck
speriael, ende generael verbandt alsvooren, den voorsz. haeren
borge van deesen weder te bevrijden, costeloos ende schadeloos
te houden, alles sonder eenich bedroch, arch ofte bose list.
t’Oorconden deesen schultbrieff bij mij schout voorsz. deur
verlijde, ende begeerte van de comparanten voornoempt, met
mijn gewoonlijck segel in groenen was uythangende besegelt,
ende tot meerder kennis denselven brieff meede bij mij etc.
bij de voornoempde schepenen, onder de plycke als oock
in ’t protocoll respectivelijcken onderteyckent op den 4en
Juny anno XVIC ende achtendertich.
J. Harlaer
Pieter Adriaenssen Colen
Jan Cornelissen Hensbroeck
Hartelijk dank!
Jan
zei op maandag 12 juni 2023 - 23:12