Op heden den 11 February 1754 ister een
vrundelijck accordt ingegaen ende gemaeckt
tusschen Hubert Vervoort ende Petronella Weys,
eheluyden, als vaeder ende moeder, tusschen haere
kinderen, naementlijck Mathijs Vervoort ende
Myna Basten, eheluyden, Hubert Vervoort,
Peter Vervoort, Hendrik Vervoort ende Maria
Driessen, eheluiden, Michiel Vervoort ende laten
over de gereede goederen van hunne vaders
voorsz. getijckent, als volght:
Eerstelijck heeft Hubert Vervvoort ende Petronella
Weys, eheleuiden, vercoght aen hunne soone Mathijs
Vervoort ende Myna Basten, eheluiden, alle hunne
gereede goederen, gelijck deselve in het gebruyck
hebben gehadt, voor de somme gelijck hij aen
een ieder broeder eens voor alle sallen uyt-
keeren worden sal gespecificeert worden
(mits conditie nochtans, soo Hubert Vervoort
ende Petronella Weys, eheluiden, met haare soone
Mathijs Vervoort ende Myna Basten, eheluiden,
niet en konnen overeencommen ofte
malcanderen verstaen) soo sal sijne /
soone Mathijs Vervoort alle jaers aen
sijne vaeder uytkeeren hondert vijfftigh
gulden specie, ende soo sij met malcanderen
verstaen dan alleenelijck in cost ende
dranck te onderhouden sijn leven
lanck, gelijck eenen ordentelijcken
boer toecomt.
Ten tweeden soo sal Mathijs Ver-
voort ende Myna Basten, eheluyden, van nu
aff aen den aenvanck nemen van
het volle gereedt, gelijck wij ouders
in het besit hebben gehadt met alle
gereede schulden ende loopende lasten,
die nu alreede loopen ende verloopen
sijn op het voorsz. gereedt en het ge-
timmer onderhouden in dack ende
wandight.
Ten derden is geconditioneert dat Mat-
thijs Vervoort ende Myna Basten,
eheluyden, aen sijne broeder Peter Vervoort
eens voor all sal uytkeeren voor de
aengecochte gereede goederen hondert
vijftigh gulden cleeffs, een koy ende
een bedde met sijn toebehoir.
Vierden is noch geconditioneert
alsdat Mathijs Vervoort oock aen
sijne broeder Mechiel Vervoort sal
uytkeeren eens voor all hondert
vijfftigh gulden cleeffs, een koy ende een
bedde met sijn toebehoir. /
Vijffden noch sal Mathijs Vervoort
aen sijnen broeder Hubert Vervoort
eens voor all uytkeeren hondert vijfftigh
gulden cleeffs, een bedde met sijn toebehoir
ende een koy, denselve heeft het al gehadt.
Sesdens noch sal voorsz. Mathijs Ver-
voort aen sijnen broeder Hendrik Vervoort
eens voor al uytkeeren hondert vijfftigh
gulden cleeffs, een koy ende een bedde met
sijn toebehoir gehadt.
Ten lesten soo ist noch geconditioneert
dat den voorsz. Mathijs Vervoort
ende Myna Basten naer de doodt van
hunne ouders voorsz. dry jaeren
in het besit houden het huys, schuyr
met bouwlant ende weylant, mits
conditie dat sij voorsz. noch aen ieder
broeder voorn. sullen alle jaers uyt-
geven vijff daelders tot de drye jaeren
toe.
Aldus gepasseert ende gemaeckt, van
wederzijden geteeckent, alles sonder
argh offt list, in teecken der waerheydt
is dit vruntelijck geschiet. Actum
als boven, was onderteeckent Hubert
Vervoort, vaeder, Petronella Weys, moeder,
Peter Vervoort, Michiel Vervoort, Hendrik
Vervvoort, dit is het (merck) van Maria Driessen.
Quot attestor
J. Gilba, secretaris
Dank je wel Geert.
Nog even een ander vraagje, waarop jij misschien het antwoord hebt.
Ik heb ook nog een verzoek ingediend bij Forum, op 1-4-2022 18.03 u. Uiteraard heb ik geduld dat een reactie op zijn beurt wacht, maar ik wil alleen even weten of er mogelijk iets tussen de wal en het schip is geraakt of dat het verzoek nog gewoon op de juiste wijze uitstaat.
Die van 1-4-2022 18:03 is toch dezelfde tekst als op 1-4-2022 18:06 die hierboven staat? Ik begreep dat het ging om nr. 113. Maar als je ook nr. 112 nodig hebt, maak ik die op verzoek ook nog.
121 Obligatie van den armen tot
Wanssum tot lasten van Lens Dielen
Wij Theodorus Josephus Roeff, Pieter
Raymaeckers ende Jan van Dijck, beyde
schepenen der vrijheerlijckheydt Well,
Bergen en Agten, doen condt ende beken-
nen hiermede dat voor ons persoonelijck
gecompareert ende erschenen sijn Lens
Dielen ende Getruy Basten, ehelieden, te /
kennen gevende deughdelijck schuldigh te
wesen wegens opgenoemene penninghen
aen ende ten behoeve van den armen
tot Wanssum een somme van seven hondert
gulden permissie, den rixdaelder ad dry gulden
sesthien stuyvers cleeffs gereekent, in goede ganck-
baere munte in coopmanschappe ganckbaer,
van welcke somme voorsz. de comparanten belooft
hebben te verpensioneeren met drye en een half
percent jaerlijcks van ieder hondert der-
selve guldens op St. Andries ende soo deselve
comparanten den intresse liet verloopen tot
ontrent drye Koningen, denselve moet be-
taelen tegen vier precent van ieder hondert
jaerlijck ende soo voorts tot de effective
afflossinghe toe, welcke afflossinghe altijdt
bij de comparanten sal vrij staen, mits doende
een vierendeel jaers voor den verschijnsdagen
de behoorlijck condinghe, ende op dat
den armen tot Wanssum soude verseeckert
sijn, soo van capitael als intressen, soo
hebbe de voorbenoemde comparanten daervoor
tot een speciael onderpandt gestelt een stuck
bouwlant, gelegen in den Boldert, groot
ontrent acht morgen, beyde sijde gulix-
coven uytschietende met een eyndt op de
gemeynte ende ander eyndt Hendrick Diebels,
noch een wyede, genaemt de Hoogt Weyde,
gelegen neffens de Bongh ter eenre sijde,
ende ter andere sijde Han Eggen erff,
groot ontrent vierdenhalven morgen
sijnde de gansche erven belast met
dry vat een spint rogge en twelff stuivers
twee ducaten chins aen het huys Well,
sijnde voorders vrij erven, uytgenoemen
de contributie en naervolgende lasten soo
de comparanten verklaeren, om in cas
van onverhoopte wanckbetaelinge
sigh daeraen cost- en schadeloos te
verhaelen, renuntieerende de comparanten
debiteuren op alle exceptien dese
ter contrarie en in specie op de exceptie
van ongetelde gelden, alles sonder argh
ofte list en in teecken der waerheydt
hebben wij voorsz. gerichtspersoonen
beneffens onsen secretaris dese geteeckent
ende met onsen gemeynen schependombs-
zegel bekraghtight. Actum Well den 29
November 1754
Quot attestor J. Gilta secretaris
Fred
zei op vrijdag 1 april 2022 - 18:06