I did already page 1 for you. Here are pages 2,3 and 4. The rest will follow.
22 dito is de voorsz. parthije ontrent 4 mijl van de stadt gecomen bij eenige
vant volck van de Matteram, zijnde naer haer seggen ontrent 100 man,
soo haest als sijluyden den vijant vernamen, waren genootsaeckt te vluchten,
alsoo de rescontre was op eenen nauwen wech, zoodat den onse haere
musquetten qualick conden gebruycken, ten anderen wierden soo haestelick
vervolcht ende beseten, datter een van de soldaten doot gebleven is, 2 so men presu-
meert haer int bos versteken ende d'andere vier sijn des avonts int casteel
gecomen ende van haer wedervaeren gedaen raport aen heer generael.
22 dito des morgens ontrent 2 mijl van de stadt, heeft zich weder opgedaen
een troup Javaenen, doch meest ruyterie, welck soo feurieus aenquamen,
alle het bestijdel van de compagnie lichtelick eenen goeden buyt voor haer ge-
weest soude zijn, ten waere dat de oppassers ende andere soldaten met haesticheyt
hetselve niet en gadden beleth, sulcx dat datelick alle het vee,
mitsgaders alle Chinesen ende andere tot noch buyten onthouden se samen naer
binnen quamen, van desen morgen heeft men wederom beginnen te sien eenige
Javaensche vaendels.
Dito is den heer generael geweest aen boort van eenige scheepen
donnerende de vlagge van Rotterdam op Fredercik Heyndrick tijdinge van
Bantam is noch gelick voor desen, men is dagelicx doende aldaer te maecken
veele vierwercken, doch niet wetende tot wat intentie den heer gene-
rael heeft over eenige daegen alle de schepen doen leggen ende ...
om ingevalle den vijant met brantsticht ofte eenige andere
schelmerije yets op de schepen socht te attenteren, dat alsoo de schepen
malcander conden misdrijven, want men vreest dat die van Batavie
van de compagnie t'samen correspondentie sijn houdende, doch den tijt sullen
desen helen dach heeft men menichte van Javanen om de stadt vernomen,
houdenden hier meeste residentie om ende in den thuyn van den Edele heer gene-
rael op dato is van de compagnie gecomen, t'jacht Reyowan brengt brieven,
advys van sr. Waegensfelt datter een grote parthije Javanen soude
sijn gemarcheert over de revier van Crauwen, soodat men voor vast
hout dattet sijn deselve die men alsnu voor de stadt is vernemende, waer-
uyt men presumeert datte meest macht oock niet verre en is, Godt
Almachtich geve ons altsamen een goede uytcomste.
Dito des nachts sijnder eenige Javanen vernomen voor de stadtspoort, doch
alsoo der van de onse een charge opgedaen wiert, sijn weder naer't
bos gekeert.
23 dito heeft men vele Javaenen sien lopen met hout ende lanck gras, meestal
naer den thuyn van de Ed. heer generael aen de westzijde dese revier, pre-
sumeerde dat sij daer beginnen te maecken eenige huysen ende sterckten,
onse parthije den voorleden nacht uytgeweest om eenige levendighe
Javaenen, hebben niet uytgerecht, op dato isser van boort van de schepen
gecomen veel volck om aen lant alles wel claer te naecken.
24 dito niet besonders gepasseert dan bevonden dat den hoop van den vijant begon
te vermeerderen, des nachts isser een parthije Javaenen gesien ontrent de
ronduyt Utrecht, op welck 2 schoten met schut ende eenige mosquetten
gedaen wiert, ende opt gecrijt ende steenen sijn eenige soldaten uytge-
gevallen, bevonden een doot te liggen, die sij datelick het hooft aff-
capten ende brachten't in de ronduyt, cregen een vereeringe van 6 renten
van achten ende des morgens hebben bevonden daer menichte vant bloet eeni-
ge meer gequest te sijn, dan alsoo sij volgens haere costume haren doden
ofte gequesten wechgedragen geen sekereheyt en conde weten. /
25 dito des morgens saegen de Javaenen met menichte van vaendels haeren ganck
nemen aen de westzijde van de revier, ontrent een mijl buyten de stadt,
alwaer sij datelick hebben beginnen haer leger te maecken, hoe sterck dat
sij sijn is noch onbekent, alsoo alsnoch geen levende Javaenen hebben
becomen, een partije Bandeneesen uytgeweest op hasaerdt, hebben niet
uytgerecht.
26 dito niet sonderlings gepasseert alsdat den vijant noch seer doende
was met arbeyden van Bantam, sijn aen de heer generael gesonden 20 personen
om alhier van onse reduyte eens te sien hoe, waer ende op wat wijse de
Matteram sijn leger was leggende, sijn op dito wederom vertrocken, des
nachts sijnder eenige Javaense bespieders aen de westzijde van de revier
onder de reduyte gecomen, dan alsoo van d'onse d'apper opgeschoten
wiert, sijn wederom vertrocken.
27 ditto sijn aen de westzijde van de revier dootgeslagen 2 oude compagnie-
slaven uyt het sieckenhuys.
28 dito niet bysonders gepasseert, de grote champen wederom wel
met geschut ende soldaten claer geweest ende is sijn plaets geör-
donneert te leggen tussen t'huys van Brusser ende de reduyt, op dato
cregen alle puncten, reduyten ende vasticheden alle yder een bloetvlagge.
29 dito sijnder aen de westzijde van de Javaenen beseth 3 Chinesen die in haer
tuynen meenden eenige aertvruchten te halen, doch 2 sijnder noch ontvlucht, den
3e is bij haerluyden gevangen, gebracht voor haer opperste orangkai ofte
veltheer, aldaer hebben zij den armen Chinees seer wreet ende jammer-
licken gemartelliceert, te weten sijn 2 handen, ooren ende neus affgesneden,
alsmede sijn halve tonge ende soo weder naer de stadt gesonden.
30 dito sijn de Javaenen geweldich doende geweest met branden om claer
uytsicht voor haer vesticheden te maecken, men sach op dato veel ende
grote troupen marcheren van de westzijde naer den oostzijde, ingelicken van
bestiael van paerden, koebeesten ende diergelicke, elck was geladen so men sien
conde met lanck gras, hout ende preparatie om eenige hutten te maecken,
nemende gesaementlick haeren ganck deur den thuyn van de heer gene-
rael, soo voorts over de revier langs de oostzijde vant bos, des avonts
hadden alle ontelbare hutten gemaeckt, soodat den vijant nu meest
leggende rontom de stadt, behalven de zeekant.
Dito des nachts isser weder onder ronduyten aen de westzijde vernomen
eenige Javaensche bespieders, dan alsoo der bij de onse opgecargeert
is, hebben weder een hooft becomen, t'welck is het twede op een staeck
in haer gesicht gestelt, te weten van desen tocht.
Ultimo niet sonders gepasseert als de continuatie vant branden int bos.
Ultimo September des nachts ontrent 10 uyren sijnder weder een parthije bespieders
van de vijant aen de westzijde vernomen, maer doordien der van de onse naerstich
opgepasset wiert, zijn 10 Chinesen van onse zijde de voorsz. Javaenen
beseth ende door't nacht was niet meer als een levende Javaen becomen,
was zeer aengenaem, alsoo door hem ten naestenbij alle gelegentheyt
van des vijants leger hebben vernomen, hij sey datse al samen sterck waeren 130.000
man, daer onder 20.000 soldaten op haere wijse, hij seyde datter 50.000 man souden
wederkeeren om victualye alsoo haer victualye zeer begon te minderen ende
alrede honger leeden, doch watter aff is leert de tijt. /
2 dito is de borgerij weder int geweer geweest, de tijdingh van Bantam
noch naer onsen sin, Godt geeft alles ten besten mach afflopen.
3 dito niet sonders gepasseert, dan dat den vijant begon rontom de stadt te appro-
cieeren, des nachts hebben sij tussen den thuyn van de heer generael
ende Zeman gemaeckt een trence streckende van de voorsz. steeck, te beginnen
van de reviercant tot aen de oostzijde vant bos.
4 dito zijnse zeer naerstich doende geweest met arbeyden, inzonderheyt met
approcieren aen de oostzijde, reduyten worden bij ons genoech dagelicks versterckt
ende rontom met voethangels beseth, des nachts sijnse met haere wercken
op den wech buyten de poort zeer naerbij gecomen, daerop met groff geschut
verscheyden schoten sijn gedaen.
5 dito des nachts sijnder weder een deel Javaenen onder de punt weesen achter
t'huys van Dirck de Boer vernomen, waer aff des nacht eenige door het schieten
gequest wierden.
6 ditto isser een Javaen gevonden die in den buyck geschooten lach, te weten des
morgens de voorgaende op een staeck gestelt, des nachts sijnse met een trence
dicht gecomen onde de ronduyt Madelijn, waeruyt zij beneffens noch een ander op
de wech gemaeckt zeer met musquetten ende roers flancqueerden op dato
werden der verscheyden mijnen gemaeckt soe tot ontset van de houte wam...
als tot affbreuck van den vijant.
7 dito is goetgevonden de naeste trence over aen de westzijde van de revier te ent...
ende aff te breecken, gelick naer den middach met 2 compangie carasieuselick
is gedaen, meest sonder rescontre, doch 8 off 10 hoofden van de Javaenen verla-
tende haere wercken als een deel blote ende verlaechde menschen, op dato
de Chinesen een gevangen Javaen binnen gebracht, doch wat gequest,
des nachts hebben sij op een andere plaetse een een trence weder geslagen waerop
nachts bij de onse geweldich geschoten, maer doordien haer meeste werck in
donckerheyt gedaen was, conden niet uytrechten voor des morgens.
8 dito des morgens sijn noch naerder bijgecomen schietende geweldich met roeren
ende musketten, laetende in haere vasticheden waeyen menichte van bloet-
vaendels daeronder sommichte met der graven sterren ende carrackers, zoe
dat men presumeert daeronder sijn eenige grote oringkays.
9 dito is den vijant doende geweest stadich te arbeyden approceeren vast
dagelicx aen ende rontom de stadt, de tijding van Bantam is noch naer onsen
zin, oock ende wert van d'onse niet geweygert op te copen soo van alles wat wij be-
geeren.
10 dito is tijdingh gecomen van de compagnie dat den vijant in haer leger gecregen heeft
20 stacx prauwen met victualyen alsmede dat de prauwen het jacht
Hensen hadden gemeent te veroveren ende soo beseth dat qualick wisten haer
te bergen.
Des nachts hebben sij nieus seer stout ende onversaecht met haere trencen
geapproceert op 4 plaetsen, te weten, dicht onder de punt der Starre
buyten, alle meest buyten schoots van een musquet.
11 dito zijn de voorsz. trencees wel naulick bij de Ed. heer generael
gevisiteert, ondertussen wiert er geweldich op geschoten, principael
op het gesecht van de listichen van de heer generael des naermiddachs /
Cata / Indonesian Heritage Society, Jakarta
zei op zaterdag 26 juni 2021 - 05:37