Transcriptieverzoek van akten

Beide akten zijn hetzelfdde. De ene is allen zodanig uitgevouwen dat de volledige tekst zichtbaar is.

Wij Heynric van der Mije, doctor in beyden rechten, Dirc Potter van der Loo ende Adam van Cleve als leenmannen mijns genadichs heeren t'hertogen van  Bourgondien, Grave /
van Hollant etc., doen condt allen luyden ende certificiere met desen onsen brieve dat opten dach van huyden datum des briefs voir ons gecomen is Joest Geryt- /
zoen van Minnen te kennen gevende dat hij van mijnen genadigen heer van Bourgogne als grave van Hollant tot eenen onversteflijcken erfleen houdende /
is een stucke lants geheten Corten Bossch met boemen, landen ende anders alle zijn toebhoeren na inhout der brieven die dair off zijn welc leen voirsz./
hij in meyninge is te resingueren quijtsceldinge ende up te dragen in handen mijns genadichs heeren van Bourgogne zijns leenheer tot behouff Jans /
van Assendelff ende zijne erven ende nacomelingen an ons begerende dat wij als leenmannen mijns genadichs heeren voirsz. dair over staen wouden ende /
dair bij ende an wesen wouden, dat dat alzoe  geschien ende volvaren mochte soe ist dat wij Heynric van der Mije, Dirc Potter ende Adam van /
Cleve als leenmannen genadichs heeren voirsz.  uuyt grondinge begeert van Joest voirsz. dair bij, an ende over geweest hebben ende gehoert /
hebben dat Joest voirsz. met zijnen vrijen moetwille overgegeven, quijtgesconden ende upgedragen heeft Corten Bossch met boemen, landen ende /
andere sijnen toebehoeren alsoe groot ende alzoe cleyn als hem dat toebehoerde niet uuytgescheyden in handen mijns genaden heeren van Bourgogne /
grave van Hollant sijns leenheeren tot behouff Jans van Assendelff ende zijne nacomelingen alzoe dat Joest voirsz. niet daer an en behilt in /
eeniger manieren biddende mijnen genadigen heer van Bourgogne dat hij dit leen voirsz. an hem nemen wil ende dat weder verlijden wil /
Jan van Assendelff ende sijnen nacomelingen tot eenen onversterflijcken erfleen begerende oec an ons leenmannen voirsz. dat al dat /
voirsz. is wij over hem tuygen kennen ende  besegelen willen, ende want ons leenmannen voirsz. kenlijck is dat alle punten voirsz. /
geschiet zijn in manieren zoe sij voer geroert staen gelijck dattet blijct bij den zegele Florys Petersz, scout van Heemskerck die desen /
brieff ter bygeerten van Joest voirsz. over hem besegelt heeft overmits dat hij zelver geen zegel en hadde, zoe hebben wij ter bede van Joest /
voirsz. desen brieff besegelt met onsen zegele hier beneden an gehangen upten dertichsten dach in Octobri int jaer ons Heeren duysent /
vierhondert zeven ende tsestich.