Overslaan en naar de inhoud gaan

Forum

Tiende boek van Mechelen, 1471. Gasthuis te Hilleshagen

Hilleshagen  (Limburg) staat niet in de tekst, maar elders.

Ik lees zoiets als:

 

Noch liecht entgegen dat gasthuyss Xeuchte XXX eyne kleyne

hoeffstat plach te syn genant (?) grelt ij .Xapijs und plach auch (?)

te gelde X Xoeve XXXst lugt te XXesche XXX dat XXechte XXX

dit XXXstXXXgut hart genoeme henke XXXXss XXX ij Xap

Und der soldt he eynen auffloesen.

(De X-en voor letters die ik niet kan lezen)

Graag hulp.

 

Reacties (34)

Lucas Bruijn zei op di, 10/02/2018 - 19:12

staat er 1 Cap.  en is dat een capoen?

Laatste woord II Cap(oenen?

Dan is waar ik 'henke' las wellicht 'gentse'.

Als je eenmaal weet wat er staat wordt het lezen gemakkelijker.

Herman Geurts zei op di, 10/02/2018 - 20:12

1Noch liecht entgegen dat gasthuyssfeuchte  aen eyne kleyne

2 hoeffstat plach te syn heyant  gielt I capoen 2 st(uver) und plach auch

3 te gelde koeve und  ist  ( of I st(uver?)) lijgt te driesche ene dat reichte und

4 dit vurschil  guit? hart genoemen hentke de drossaard? ene II capoen

5 Und der soldt he eynen auffloesen.

 

Voor h van heijant zie de h van hoefstatt

En de y van heijnant zie de y van “eynen aufloesen ""

 

Vóór koeve lijkt nog iets te staan  Maar wat  koeve is weet ik niet. En ist of 1 st(uver?) ,daarvoor moet je eerst de betekenis van  zin 3  snappen en dat doe ik ( nog) niet

Lucas Bruijn zei op di, 10/02/2018 - 21:14

Dank, Herman.

Misscien te veel gevraagd. De vraag was wat staet daeer?, maar kun je me ook vertellen wat -feuchte in gashuyssfeuchte betekent en wat heyant gielt (geld) is? Henke de Drossaard lijkt mij goed te passen.

L.

Herman Geurts zei op wo, 10/03/2018 - 08:32

Beste Lucas,   de akte is half duits/nederlands .

Zo ben ik op gasthuisfeuchte gekomen De schrijver is aan het rommelen geweest, Het lijkt alsof hij eerst een H wilde schrijven , maar toen toch ff schreef. Dus geen heuchte (hoogte ) maar feuchte ( duits voor :vochtige grond)

Meestal  wordt na plach te zijn ( in bezit van) een naam genoemd.

Als ik de eerste 2 zinnen vertaal naar modern nederlands zou er volgens mij staan : tegenover de natte grond van het gasthuis ligt een hofstad, dat Heyant Gielt toebehoort, en waarover 1 capoen en 2 stuiver te betalen is.

Ik denk dus dat er een naam staat, en dat je Gielt dus niet moet verwarren met geld

 

Let wel: ik ben een amateur/hobbyist, weliswaar met veel leeservaring. Maar 100 % zekerheid kan ik je niet geven. ( al streef ik daar natuurlijk wel naar)

 

 

 

 

Lucas Bruijn zei op wo, 10/03/2018 - 08:55

Toelichting: Het gasthuis van Hilleshagen is reeds lang verdwenen. Aamgenomen wordt dat het er in de 'Middeleeuwen' al stond maar de eerste bewijzen van het bestaan hebben zijn twee kaarten, uit 1766 en 1773, waarop een 'hospitaal' of 'gasthuis staat ingetekend, op beide kaarten staat ook een 'poel' getekend. De kaart van 1773, van Anthonie Wilmar, heeft als onderschrift:

"Den derden [weg van Gulpen naar Aken] behalven dat denselven het kortsten is, schijnd na allen aansien en omstandigheden ook wel den oudsten en voornaamsten van allen te sijn, vermits van Parthij tot Vijlen een volkomene breedte heeft: op vele plaatsen tot vier en selden minder

als drie roeden.

Men vindt omtrent Hilleshagen nog een oud Gasthuys, hetgeen sulks niet minder aantoond: Wordende de arme sieken van Gulpen, nog aldaar gebrogt, die dan verder door deesen weg op Aken getransporteerd worden.

Het verdrietigste is dat denselven so vernagliged [vernalatigd*] wordt: het water dat op de hoogte vald bederft de Geulkoelen omdat niet afgeleid wordt, en wegens eenen [doorgehaald: vijver] poel of ceule die tusschen het gem(elde) Gasthuys en Hilleshage bij C te midden in den weg staat. moet men eenen omtour maken door de soogenaamden Ruytersweg, daar dog het steengruis over al digt bij tot de reparatie."

Ik vind het moeilijk voorstelbaar dat een kleine 300 jaar eerder die poel er ook al lag, maar, als ik 'gasthuys feuchte' lees als 'natte plek bij het gasthuis' dan kan dat misschien toch zo zijn. Of is er een andere interpretatie voor '-feuchte'?

Lucas Bruijn zei op wo, 10/03/2018 - 09:08

Beste Herman, ik zag je laatste reactie pas na mijn eigen reactie verstuurd te hebben. Dank voor de vertaling van de eerste twee regels en voor de naam Heyant Gielt. Mocht je nog een idee krijgen over regel 3, dan graag.

Ik ontdekte deze website gisteren, op zoek naar voorbeelden van 15e eeuws schrift en zag inmiddels dat je al heel wat teksten gelezen hebt.

Nogmaals, hartelijk dank.

 

Lucas Bruijn zei op wo, 10/03/2018 - 10:52

Beste Herman.

In regel 1 lees je 'feuchte', in regel 3 lees 'reichte'.

De 2 woorden lijken nogal op elkaar. Zou 'reichte' niet ook 'feuchte' kunnen zijn?

"lijgt te driesche ene dat reichte und"

Een 'driesch' is een braak liggend stuk land. (afb. links reg. 1, rechts reg.3.)

 

 

herman geurts zei op wo, 10/03/2018 - 13:43

Lucas, nu ik alles nog eens goed bekijk denk ik dat het juist andersom is

Er staat achter gasthuis geen feuchte maar reichte . Voor feuchte kom ik een pootje tekort !  Maar dan is mijn redenering ook fout, en zijn we weer terug bij af.  '."lijgt te driesche ene dat reichte und"  meen ik  'dat reichte' te mogen vertalen met "" dat voldeed""  Maar mischien heeft een andere meelezer een idee?

Lucas Bruijn zei op wo, 10/03/2018 - 13:54

Jammer Herman,

De veldnaam van het gebied waar het gasthuis stond is 'Op den Zegel'.

Volgens mijn Hilleshager zegsman betekend dat 'natte grond'. Hij verklaart:

"Terwijl Hilleshagen op een hoogte ligt blijkt er toch natte grond te zijn. Waarschijnlijk door de blauwe ondoorlatende klei in de ondergrond."

Dat 'feuchte' kwam dus goed in onze kraam te pas.

 

L.

Lucas Bruijn zei op wo, 10/03/2018 - 15:48

Wat vind je hiervan Herman (of een andere lezer): reg. 2 'gielt' is niet de achternaam van 'Heyant' maar 'gelt' van het werkwoord 'gelden' (D. gelten), dat betalen betekent. Het correspondeerd dan met r. 2,3: 'und plach auch te gelden' - en was ook gewoon te betalen + getal + koeve+und st.

Herman Geurts zei op wo, 10/03/2018 - 18:27

Lucas, ik zou eerdere en latere akten in het boek bekijken. Mogelijk  vindt je soortgelijke formuleringen, en dan kun je er meer over zeggen dan nu uit  één enkele akte.

Lucas Bruijn zei op wo, 10/03/2018 - 19:36

Dat is waar, Herman.

Ik kreeg deze ene 'losse' akte toegespeeld en het belangrijkste is dat het Gasthuis van Hilleshagen, met of zonder 'feuchte' erin, genoemd wordt.

In ieder geval, hartelijk dank voor de moeite die je hebt genomen.

Ik zal in Maastricht het boek gaan bekijken.

Groet,

 

Lucas.

beheerder Luud de Brouwer zei op wo, 10/03/2018 - 22:37

Ik lees de eerste regel als volgt:

1 Noch liecht untgegen dat gasthuyss reichte oever eijne cleijne

Dus recht tegenover het gasthuis ligt de kleine hofstad. 

Gielt is inderdaad van "gelden". En ik denk dat heyant eigenlijk heyland zou moeten zijn. Dus het perceel waar de hofstad op ligt was eerst heide(land). En daar wordt 1 kapoen en 2 stuivers voor betaald.

 

Lucas Bruijn zei op wo, 10/03/2018 - 23:46

Dat is een frisse kijk op de tekst, Luud.

'untgegen' i.p.v. 'entgegen, 'oever' i.p.v. aan - daarin ga ik met je mee. Maar wat doe je met 'reichte' in r. 3?

Heideland is er tegenwoordig niet meer te vinden - ik zou verwachten dat de naam van de eigenaar van de hofstede hier genoemd werd. Heyant heb ik nergens als naam gevonden, wel Heyart als familienaam.

Regel 3 blijft tamelijk duister.

Dank voor je correctie en ideeen.

 

L.

Otto Vervaart zei op do, 10/04/2018 - 14:42

Als ik kijk in historische woordenboeken van de Duitse taal op http://www.woerterbuchnetz.de/ komt feuchte daarin voor als lemma, met als eerste betekenis vochtigheid.

beheerder Luud de Brouwer zei op do, 10/04/2018 - 16:11

Na zorgvuldige bestudering kom ik dan tot deze transcriptie.

1 Noch liecht untgegen dat gasthuyss reichte oever eyne kleyne

2 hoeffstat plach te syn heyairt gielt i capoen 2 st(uver) ind plach ouch

3 te gelden koere ind it lijgt te driesche vur dat reichte ind

4 dit vurschr(even) guit(in de betekenis van goed) hait genoemen hentke de drossaard vur ii capoen

5 ind der soldt he eynen arffloesen.

 

Daarmee is een volledig begrip nog niet meteen helemaal duidelijk, maar het leest nu wel wat eenvoudiger. Reichte kan gewoon recht betekenen.

Voor de exacte context is meer informatie nodig, maar dat hadden jullie ook al geconcludeerd. :)

 

Herman Geurts zei op do, 10/04/2018 - 17:23

""lijcht te driesche""

Het WNT geeft voor Drieschen:

DRIES, DRESCH, DRES, DRIEST —, znw. m. Mnl. driesch, mnd. drêsch, hd. driesch. Van onzekeren oorsprong. FRANCK-V. WIJK gist dat het woord tot denzelfden stam behoort als druischen en de oorspronkelijke bet. die van ”gebroken land” is. Verschillende plaatsen kunnen slechts bij gissing tot een der bet. worden gebracht.

1.  Verarmd bouwland, dat één of meer jaren als weiland, in Oostelijke provinciën bepaaldelijkals schapenweide gebruikt wordt. Alleen in N.-Ndl.

+2.  Braakland.

3.  Weide die in akkerland wordt omgezet. In Z.-Ndl.

4.  Vochtig weiland, weiland dat des winters onder water staat. In Z.-Ndl.

5.  Weide of andere open grond binnen de omheining van eene boerenwoning gelegen; erf, werf. Gewestelijk in Z.-Ndl. en N.-Brab.

6.  Gemeene weide (zie ook plaatsen bij VERDAM).

+7.  Stuk grasland aan den berm van een weg of aan een kruispunt van wegen. In Z.-Ndl.

8.  Met gras begroeid dorpsplein; brink. In Z.-Ndl.

Afl. Dresschen, een verarmd stuk bouwland met haver en klaver bezaaien en vervolgens laten beweiden; voorheen in N.-Holl; driesling, oude naam voor (eene soort van?) paddestoel (”Bulte, drieslyng, peddenstoil, peperlynck, swam. Fungus, boletus, volvus, vi”. Teuthon.).

 

 

Lucas Bruijn zei op do, 10/04/2018 - 19:31

Sorry, boys, ik was even op de fiets naar Hilleshagen. Prachtig daar.

Luud, je bent een kei! Je transcriptie lijkt mij perfect.

Blijft over: 'koere'. Herman merkte al op dat er iets voor leek te staan: een cijfer, wrsch. 1. Dan is 'koere' kennelijk de lokale benaming voor een munteenheid, want een beest is het niet. Hentke of Hentken, naam van de drossaard.

'Feugte' staat er dus echt niet - maar het zou 'vochtige plek' betekenen.

Hartelijk dank allemaal voor de transcriptie.

 

Groet,

Lucas

In de omgeving kom je de veldnaam 'Op den dries' veel tegen (op oude kaarten dan: Onontgonnen land. Te driesch liggen = braak liggen

Archimboldo zei op vr, 10/05/2018 - 15:04

Mijn versie van het geheel:
1 Noch liecht untgegen dat gasthuyss reichte oever eyne cleyne
2 hoeffstat plaich te syn heyairt gielt i capoen 2 st(uver) ind plaich ouch
3 te gelden i koere ind it lijgt te driesche vur dat reichte ind
4 dit vurschr(even) guit hait genoemen hentken der dross(aard) vur ii capoen
5 ind der soldt he eynen arffloesen.

beheerder Luud de Brouwer zei op vr, 10/05/2018 - 15:25

Die details ook altijd... Prima correctie Archimboldo!

Lucas Bruijn zei op vr, 10/05/2018 - 16:23

Net terug uit Maastricht, waar ik het boekje bekeken heb. 30 ongenummerde pagina's, waarvan twee onbeschreven, in een papieren omslag.Het is geen tiende-boek, maar een cijnsboek.

Ik lees:

Dit sijn die Zensse ind pennincks (?) gelt Zo mechelen ind gegemaicht opt Jahr ... LXXII.

Hilleshagen wordt behandeld op fol. 8 recto en verso.

Ik heb het boekje doorgebladerd maar kwam nergens een munt genaamd 'Koere' tegen. De meeste posten zijn korter beschreven: Naam en adres.

Maar wie schets mij verbazing: de tekst in dit boekje blijkt een andere te zijn dan die ik eerder toonde. Vrijwel identiek, maar toch anders!

 

Bedankt Archimboldo. Ik blijf dat arfloessen 'raar' vinden. Waarom niet 'aufloesen' of 'aifloesen' -volt in volgend bericht

Lucas Bruijn zei op vr, 10/05/2018 - 16:24

De beloofde bijlage, 2de versie.

Lucas Bruijn zei op vr, 10/05/2018 - 16:59

Koere guit schijnt een begrip te zijn. ik vond  e nog twee. Bij deze eentje.

Lucas Bruijn zei op vr, 10/05/2018 - 17:01

Dat ging even fout, nogmaals Koere guit

Herman Geurts zei op vr, 10/05/2018 - 23:01

In de bijlage 2e versie staat duidelijk 1 koere. dus dat had Archimboldo goed gezien ( bijdrage 5 oktober 15:04)   Dit duidt m.i. op een bepaalde eenheid ?  1 koeren= 1 koren ?  // koerenguit = korengoed? korengoud?

Heb het woord echter tot nu toe nergens kunnen terugvinden

Lucas Bruijn zei op vr, 10/05/2018 - 23:18

Dacht ik ook, Herman.

Ik dacht eerst een munt, maar van stuivers op goud springen?

Ik meen de tekst nu zo te mogen begrijpen:

Een kleine hofstede werd verpacht [vutgegeven>uitgegeven], gelegen recht tegenover het 'gasthuis'. Pachter placht te zijn Heyart, die er pacht voor betaalde: 1 kapoen [een vetgemeste gecastreerde haan], 2 stuivers.

Hij placht ook te betalen voor 1 braakliggende koere [?], 

Hentken de drost nam de pacht van deze bezitting over en betaalde er 2 kapoenen voor, en die moet hij aflossen.

 

Kan het geen Cour of hof zijn, zoals het belgische koer - binnenplaats, omheinde hof?

Lucas Bruijn zei op za, 10/06/2018 - 00:06

Nog een koeveguit.

De tekst is zoiets als:

Derselve van 1 hoefstat dae die steyne apstort ind oplaeden hillebrandtz te sijn ind .. koevguit

 

Er werd te Hilleshagen kalksteen gewonnen.

Lucas Bruijn zei op za, 10/06/2018 - 11:56

Mijn transcriptie is fout van steyne tot Hillebrandtz

Afgezien daarvan: zie: Jac. Vrancken. Van een 'Laetheer' en een 'Laethoff' Anno 1757. In. Limburg's jaarboek jrg 11, 1905, no 3. p. 194: 

Zie:

„Sommige laatgoederen betaalden bij afsterven van den

laat, of liever: werden verheven met tweemaal den jaarlijkschen

cijns; op andere verviel, bij overlijden, den laatheere

eene keurmede ; de eerste noemde men cijns-, de laatste

keurgoederen.

'koerguit' zal dus 'keurgoed' zijn.

 

Hoe het dan zit met;"placht te gelden 1 Koere'? Toch een keur- munt? Toch een 'koer'?

 

 

Michel Oosterbosch zei op ma, 11/05/2018 - 23:55

Laat, maar hopelijk niet te laat:

Noch liecht untgegen dat gasthuyss reichte oever eyne cleyne / hoeffstat, plaich te sijn heyairt, gielt I capoen II schellingen, ind plaich ouch / te gelden I koere; ind it lijgt te driesche um dat reichte. Ind / dit vurschreven guit hait genoemen Hentken der drossart um II capoenen / ind der soldt he eynen aiffloesen.

Verder ligt recht tegenover het gasthuis een kleine hofstede, die vroeger heidegrond was, en 1 kapoen en 2 schellingen opbrengt, en zij placht ook op te brengen 1 keur; en het (zij) ligt aan de dries aan de rechterkant. En dit voorschreven goed heeft Hentken, de drossaard, (in cijns) genomen voor 2 kapoenen, en daarvan moet hij er 1 aflossen.

Keur: stuk roerend goed uit de nalatenschap van een overleden horige (oorspr. een lijfeigene, die aan de grond is gebonden), naar keuze van de grondheer; refereert aldus aan het “recht van het beste hoofd” (meilleur catel), vandaar paardskeur, koekeur, enz. Het goed waarop een keur rustte/geheven werd, was dan keurgoed.

Dries zal hier wel 'gemene grond' zijn, naar mijn bescheiden mening: in heel wat dorpen was/is er een (driehoekig) centraal plein, de dries.

Het andere stukje :

Der selve van I hoefstat dae die schuere / op steit ind plaich Hillebrantz te / sijn, ind is koerguit: III schellingen.

 

Lucas Bruijn zei op di, 11/06/2018 - 09:17

Beste Michel,

Nooit te laat, al dacht ik een 'definitieve' tekst te hebben.

Een paar verschilletjes:

Van 's' maak je schelling, waar anderen er stuiver van maken

 

Heyairt > Heyart is een persoons  naam. Plaich te syn+persoonsnaam komt vaak voor als de genoemde persoon de bezitter i - of hier misschien 'was'.

 

'iind it lijgt te driesche': te driessche liggen betekent hier: braak liggen. In Z. Limburg kom je 'driesch' ook tegen als veldnaam. Het kan hier geen 'plein' zijn, want in Hilleshagen stonden in deze tijd nog geen tien huizen. 'gemene grond' is om dezelfde reden hier ook geen oplossing.

 

Je leest twee maal 'um' en er staat, volgens de anderen (en mij) 'vur'.

Dan krijg je ook: Vur dat rechte in dit vurschreven gut hat genumen Hentken der drossart vur 2 capoenen ... > Henken betaald voor het recht in het voorschreven goed. Het tweede 'vur' lijkt wat overbodig.

 

1 koere = keurgoed moet correct zijn

 

2de stukje kopt.

 

Alles bij elkaar, mooi gedaan en bedankt,

 

Lucas.

 

 

Michel Oosterbosch zei op di, 11/06/2018 - 10:51

Goedemorgen Lucas,

Paleografie is zoals bidden (volgens de Mechelse catechismus): een kwestie van eerbied, aandacht, ootmoed en volharding. Mij past hier ootmoed:

1) 'um' moet inderdaad tweemaal vur zijn; ik was in de war gebracht door de schacht van de s (en ook een beetje doordat deze tekst zo 'Duits' klinkt/oogt, met excuus aan alle andere Limburgers ;-)).

2) 'te driesch liggen' is volgens het WNT (Driesch I,2) effectief 'braak liggen', dus dat is hier wel correcter dan gemene weide (Driesch I,6) of plein (Driesch I,8). Het gaat dus niet om een plaatsbepaling, wat ik eerst dacht. De moeilijkheid is dan de interpretatie van "vur dat reichte". Jij laat daarmee een nieuwe zin beginnen, maar dat is voor mij problematisch om verschillende redenen. 'Jnd' (bemerk de beginletter J en vergelijk met de ind op regel 2) is het voegwoord 'en', niet het voorzetsel 'in'. Volgens mij begint hiermee de voorlaatste zin (tot aan de volgende Jnd). De grond ligt dus braak 'voor het recht' (dat lost ook jouw probleem van de overtollige 'vur' op), maar welk of wiens recht je hieronder moet verstaan, is mij niet helemaal (of helemaal niet) duidelijk.

3) 'gelden' vertaal ik liever als 'opbrengen' of 'waard zijn', niet als 'betalen'; het onderwerp van de eerste zin(nen) is telkens het goed (de hoeffstat), de basis waarop de keur wordt geheven.

4) ik lees schelling als er een 's' staat, en stuiver als er 'st' staat; in teksten als deze over (oude) cijns- of laatgoederen (en dus geen pacht) verwacht ik ook eerder ponden, schellingen en penningen.

5) Tot slot heyairt of Heyairt: het kan om een persoon gaan, maar dan zou je m.i. toch een genitief-s mogen verwachten; nu lijkt het mij eerder een bepaling of omschrijving, al vind ik de samenstelling niet in het WNT. Twijfel dus.

Nog veel plezier gewenst.

Lucas Bruijn zei op di, 11/06/2018 - 12:09

Hallo, Michel.

Kan zijn, zal er over nadenken.

Zo'n cijnsboek is natuurlijk wat anders dan een poeziealbum. Het zijn korte aantekeningen en er kan wel eens een steekje los zijn aan de grammatica. Heyart zou Heyarts moeten zijn , na placht te zijn (van), maar is onderwerp van giellt. In het Tamil komen dergelijke constructies die zowel achter- als vooruit kijken ook voor.

 

Groet,

 

Lucas.

 

M. Philippa e.a. (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands

geldenww.‘van toepassing zijn’
Mnl.ghelden‘betalen; opbrengen, kosten, waard zijn’, in so wie ... so rike es dat hit gelden mach‘al wie zo rijk is dat hij het kan betalen’ [1237; CG I, 21], als dat coren wel ghelden mach, vercoopt up den selven dach‘als het koren goed geld moet opbrengen, verkoop het dan op dezelfde dag’ [1350-1420; MNW], enen riddere stout, diere gout daer wale twee‘een dapper ridder, die er wel twee waard was’ [ca.1444; MNW]; vnnl.geldenook ‘gericht zijn op, van kracht zijn, van toepassing zijn’, in nu salter u gelden‘nu zal het om u gaan’ [1580; MNW], 't recht der gebiedenis geldt‘het recht van wie de heerschappij heeft is van kracht’ [ca.1635; WNT]; nnl.dat het schot niet gelden mocht[1836; WNT].
In het Oudnederlands komt al een vorm met het voorvoegsel → ver-voor: fargalt‘ik heb terugbetaald’ [10eeeuw; W.Ps.], zie verder → vergelden.

stelladb18 zei op di, 11/03/2020 - 10:25
Gay Sex Movies in HD http://bestlesbianfree.telrock.net/?alina planet romeo uncut amateur cam sites perth all personals obama and larry sinclair senior singles dating
jeannettemm2 zei op wo, 12/08/2021 - 11:25
My new hot project|enjoy new website http://keswick.bisexual.sex.moesexy.com/?reina porn star delreo brother friend gay porn hairy french bareback gay porn free dp porn gals teens and littly kids family porn

Reageer op dit bericht

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.
Slechts één bestand.
10 MB limiet.
Toegestane types: png gif jpg jpeg.