Kwaliteit van de afbeelding is te slecht om er een transcriptie van te maken.
Kwaliteit van de afbeelding is te slecht om er een transcriptie van te maken.
https://www.regionaalarchieftilburg.nl/zoek-in-archieven/?/file/da7a7c1…
Beste Geert, hierboven de link naar het archief, het gaat om pagina 39 en 40. Ik ben aan het leren op wat staat daer? maar het lukt me nog niet om het te kunnen lezen. Hopelijk kunt u me helpen. Met vriendelijke groet,
In den naeme des Heeren Amen.
Bij den inhouden van desen tegenwoordigen openbaere instru-
mente sij kennelijck een yegelijck dient behoort, dat op date
ondergeteeckent voor mij Cornelis van Vorssel, openbaer notaris,
bij den Ed. Mogende Rade van Brabant in Sgravenhage gead-
mitteert, binnen de vrijheyt Oosterhout residerende, ende
de gelooffweirdige getuygen naegenoempt, sijn verschenen ende
gecompareert Niclaes Anthonissen de Grand ende
Cornelia Adriaen Wagemackers, wettige houwelijcxlieden,
woonende binnen dese voorsz. vrijheyt, mij notaris ende
getuygen wel bekent, sijnde den voorsz. Niclaes
de Grand gesont van lichaem ende de voorsz. Cornelia
eenichsints sieck naer den lichame, doch beyde gaende
ende staende, haerlieder verstant, redenen ende memorie
ten vollen gebruyckende, naer allen uytwendigen schijn,
dewelcke te kennen gaven dat sij, aenmerckende des
menschen levens broosheyt op deser aerde, als een
schaduwe verganckelijck, ende datter niet sekerder en is
dan de doot, doch niet onsekerder dan den tijt en ure
vandien, oversulcx niet van meeninge waeren van
deser werelt te scheyden voor ende aleer sij van haere
tijdelijcke goederen, haer van Godt Almachtich verleent, uytterlijck
soude hebben bevolen ende gedisponnert, doende t'selve soo
sij opentlijck verclaerden uyt haeren vrijen wille ende
gemoet, sonder opmaeckinge oft misleydingh van imant,
bevelende eerst ende alvorens haere onsterffelijcke ziel
in de genade ende bermhertige handen Godes, haeren Schepper
ende Salichmaecker, ende haere doode lichamen de aerde met
een eerlijcke begravinge, revocerende, casserende, doot ende
te niet doende bij desen alle testamenten, codicillen ofte
eenige andere maeckingen die sij comparanten tesaemen,
ofte elck int bijsonder van hen voor date deses mochten
hebben gemaect ofte opgerecht, niet willende dat de-
selve oft eenige vandien in eenich poinct gevolght oft
naergecomen sullen werden, ende sulcx van nieuws bij desen
disponerende, verclaerden sij comparanten den eenen den anderen
reciproquelijck over ende weder ende sulcx de eerststervende
de langhstlevende van hun beyden te stellen tot haer
eenige ende algeheel erffgenaem in alle goederen, soo roerende,
present ende toecomende, geen uytgesondert, sulcx ende
in dier voegen de eerststervende metter doot ontruymen
ende naerlaten sal, om daermede te doen ende handelen
als met vrije eygen goet, behoudens nochtans ende
met soodanigen last, dat de langstlevende gehouden sal
sijn henne twee kinderen bij den anderen verweckt eerlijck ende
naer gelegentheyt van hennen staet te onderhouden
in cleedingh ende reedingh, havenis ende gemack te doen,
soo in sieckte als gesontheyt, oock deselve te laten
leeren lesen ende schrijven ofte een ander ambacht
oft hantwerck waertoe deselve best bequaem sullen bevonden
werden, al ende sulcx een getrouw vader ofte moeder
schuldich is ende behoort te doen geduerende soo /
lange ende ter tijt toe dat ider der selve sal gecomen
sijn ten ouderdom van vijffentwintich jaeren, ten
houwelijcken oft andren geapprobeerden state, alswanneer de
langhstlevende gehouden sal sijn aen elck van die int
besonder voor haer vader oft moedelijcke bewijs uyt te
keeren de somme van vijffhondert gulden, een bedde met sijn
toebehooren, ende dat voor ende in plaetse van haere legitime portie
haer naer rechten competerende, ende bij afflijvicheyt
van d'een t'selve gedeelte verstervende op het langhstlevende,
ende oft het gebeurde dat de langhstlevende quame te
hertrouwen, soo willen ende begeiren sij testateuren dat
terstond voor het voltrecken vant selve
houwelijck de langhstlevende sal moeten affstant doen ende
laten volghen in plaetse van de voorsz. somme van 500 gulden,
bedde ende toebehooren, aen henne t'samen verwecte kinderen de gerechte
helft van alle de goederen, egeene uytgesondert oft gereser-
veert die alsdan noch in wesen sullen sijn, ende
bijaldien de voorsz. henne t'samen verwecte kinderen
voor haere mondige jaeren sonder wettige oor naer
te laten voor de langhstlevende quame t'overlijden ende
de langhstlevende van hen testateuren ongeheylict bleeft,
in dien gevalle willen ende begeiren sij testateuren
wel expresselijck dat naer overlijden van den lancxtlevende
de goederen die de lancxtlevende alsdan sal comen naer te laten,
sullen werden gepaert ende gedeelt, d'eene hellicht bij de
vrienden van den eerstafflijvigen ende d'ander hellicht
bij de vrienden van den langhstlevende hen naest in
bloede bestaende, alles volgens den lantrechte alsdan in leven
sijnde, deselve in sulcken gevalle tot henne erffgenaemen instituerende
bij desen, verclaerende wijders sij testateuren malcanderen,
te weten d'eerst afflijvige de lancxtlevende, te stellen
vooght oft vooghdesse over henne t'saeme verwecte kinderen, met
seclusie der magistraet ende weeskamer waeronder het sterf-
huys sal mogen resorteren, behoudens derselver respect, t'gene
voorsz. is verclaren de voorsz. testateuren te wesen hen testament
ende uytersten wille, begeirende dat t'selve daervoren valideren ende
volcomen effect sorteren sal, t'sij als testament,
codicil oft anderssints, soo t'selve best bestaen ende plaets-
grijpen sal mogen, niettegenstaende eenige omissien, versoeckende
door mij notario hiervan gemaect ende gelevert te worden
een oft meer instrumenten in forma. Aldus gedaen, verleden ende
gepasseert op den 13 December 1678
naer den middach de clocke halff vier uren, ten huyse van de
voorsz. testteuren, ter presentie van Salamon Janssen van
Doren ende Marijnis Janssen van Bael, schoenmaecker, als
getuygen hiertoe versocht ende gebeden.
Claes de Grandt
XX 't Hantmerck van Cornelia XXX Adriaen Wagemaker
alsoo sij verclaert niet te connen schrijven
Solomon Jansen van Dorn
Marijnis Jansen van Bael
Mij t'oirconde C. v. Vorssel nots. publ. 1678 13/12
Beste Geert, hartelijk dank voor de snelle reactie! Ik begrijp dat het een testament op langstlevende is waarvoor wel heel veel woorden nodig waren. Hartelijke groet
Ik ben ook met een testament bezig, daarin staan ook de woorden: "revocerende casserende doot". Weet iemand hoe ik dit vertaal naar het hedendaagse Nederlands?
herroepende, buiten werking stellende, ongeldig en buiten werking stellende
Dank je wel :-) Wat ik alleen niet begrijp is dat het gebruikt wordt in combinatie met "doot". De dood kan je toch niet herroepen of buiten werking stellen?
'Dood' is hier te gebrijpen als 'niet meer toe te passen'. In het huidige taalgebruik kennen we bijvoorbeeld de 'dode letter': daarmee wordt bedoeld regelgeving die nog wel bestaat, maar niet meer toegepast wordt en dus niet meer functioneert.
Duidelijk! Dank je wel :-)
Siebren Boon
zei op donderdag 18 februari 2021 - 18:04