Staat van Goed Moorsel 1739

Niet alle woorden zijn mij duidelijk. Ik kom tot het volgende:

Volgen de haeffelijcke voordelen
van deze sterfhuijse

Alvooren het woonhuijs staende
op de voorschreven hofstede geprezen
bij de vooghden ende Jan Cooreman
ten apaijsementen van de houderigghe
ter somme van  (midtsgaders Jan Bapta    170 gulden

Item het schurken staende op de
voorschreven hofstede gepresen op           158 gulden

Item den hoppenast met sijnen
aenhanck gepresen op .met het abeelen boomken    72 gulden

Item alle de hoppestaeken staende
op de selven hofstede met de degene
staende, op de weerde geprezen a: drij
gulden 10 stuijvers het hondert comt tot 13 00 t’samen      48 gulden 15 stuijvers

Item alle de boomen ende hout
staende op de voorschreven hofstede
gepresen op                          50 gulden

Item de verveelheijt in de selve
hofstede soo in den hoplochtunck als
saijende lant met de pattatten on de loof al
t’samen tot                          32 gulden

Item alle het droog branthout op den hof
met de boonperssen ende denge op het weeken
al t’samen op                        10 gulden 10 stuijvers

[in de marge:]
Bij prijsije alhier
annex geschreven op
segel van vier stuijvers den
ende  getrocken.

Dat is alvast een hele hulp, hartelijk dank! Dit zal me hopelijk verder helpen om de rest van het document te ontcijferen. :) 

Dit is nog een bladzijde waar ik weinig van maken. Er zijn een paar woorden die ik wel vind, zoals weefgetauw, spinnenwiel, prondelinghen, rauwcleet, ... maar er zitten heel wat woorden in waar ik niks van maak.