Op huyden den eersten Marty 1618
compareerde voor mij notaris publyck ende voor den
ondergeschreven getuygen, Cornelis Vranckensz, woonende
aende westgaech in den ambachte van Maeslant,
ende bekenden mitsdesen wel ende deuchdelijck
schuldich te wesen Cornels Claesz Verlaen
ofte sijns actie hebbende, de somme van vier hondert
carolus gulden tot 40 grooten t'stuck, spruytende
ter saecke van penningen die hij comparant kent
teffens ende ten vollen ontfangen te hebben, aen goeden
gangbaren gepermitteerden gelden, d'welcke voorsz.
vierhondert carolus gulden hij comparant gehouden is ende
bij desen belooft te restitueren ende te betalen
over een jaer naer date deses, namntlick den
eersten Marty 1619, sonder
langer dilay ende daer beneffens interesse
jegens zeven ten hondert int jaer van desen
dach aff totte volle betalinge toe, verbindende
daervooren sijn persoon ende alle heure goederen, geen
vandien uutbesondert subject allen rechten ende
rechteren, overgevende mede hij comparant dat
hij tot allen tijden in den inhouden van desen wort
gecondemneert, daertoe onwederroupelick last gevende
mitsdesen Hendrick Boom ende Jan van Soutelande,
ende elcx van hen bysonder, procureurs voor den Hove
van Hollant, omme int versouck van de voorsz.
condemnatie te consenteren tot sijne costen die hij
gelooft danckelick te nemen, alles sonder fraude.
Gedaen ende aldus gepasseert binnen Delft
in presentie van Gerrit Florisz van Dijck ende
Gerritt Dircxz van ..., cleermaker, als getuygen
hiertoe versocht.
Cornelis Vranckensz
Gerrit Dircxz ...Geret Florisse van Dijck
H. Vockestaert, notaris, 1618
schuldbekentenis 1618
en wellicht ook de navolgende;
mario
zei op woensdag 23 april 2025 - 16:58