Also wij ondergheschreven chrirurgijns zijn
versocht op den 15 Julius 1656 om te comen
bij een dochter op de Noort onder Terheiden,
oudt volgens hare verclaringe in de 80 jaren,
zijnde geheel deerlijck gequetst door
t'stooten ende trappen van een vreede stier,
hebben wij onderschrevenen gevonden ende verbonden
op den 16 dito ten eersten het offis clavicula
aen de slincxse zij tenemael aen stucken, doch sonder solutie,
noch aen deselve zij op de schouder een cleene
wonde, noch aen deselve zij op het sternum
een cleene wonde met contusie ende aen de
rechtersij onder de borst een groote plettering,
noch aen de rechterarm een groote wonde
dwars over de vena chefalica met groote
pletteringhe, noch aen het slincxse been op de
scheen een groote plettering met solutie
ende aen het rechterbeen onder de cnie
in de haese een afgrijselijcke wonde daer met scheuringe
van die musculen ende tendoonen en een deerlijcke
gemorselde fractuer, hiermede eindigende,
verclaeren dit alsoo waerachtigh te zijn
ende versoucken vriendelijck aen mijn heer schout
Brant dat mijn heer gelief ons te helpen
voor onse gedane diensten aen onse verdiende
penningen voor ons beiden de somme van
vijftien gulden.
H. Deswaro 1656
Michiel Stadtlander
Astrid de Beer beheerder
zei op dinsdag 31 oktober 2023 - 18:29