Goedemorgen,
Op bijgevoegde afbeelding valt het laatste gedeelte te lezen uit een verkoopakte van 1610. De akte is voor mij in principe goed leesbaar en reeds volledig getranscribeerd. Daarom heb ik alleen het laatste gedeelte in de afbeelding opgenomen.
Te lezen valt in de eerste zin: [oeste, Krye Thynga ant westen naest geswettet sint. Streckende nordt an de Olde Gaef, en sudwert an de].... etc. etc.
Het gaat hier dus om de bepaling van zwetten. In eerste instantie las ik Olde Gaef, ik denk dat dat daar ook wat voor te zeggen valt. Olde Gaef is voor mij in dit gebied echter onbekend en ik twijfel of hier niet Olde Gaest staat. De laatste letter(s) lijkt wel echt op een f, vergelijk ook bijv. brieff aan het einde van dit handschrift. Een 'oude gast' zou hier qua toponiem niet gek zijn aangezien in het betreffende gebied inderdaad ten noorden een 'zandheuvel' ligt. Oude Gaef kan ik op dit moment niet goed verklaren.
Mijn vraag is als volgt: Wat lezen jullie hier bij dit specifieke woord?
Alvast dank!
OD
zei op dinsdag 21 november 2023 - 09:25