Manslagh in 1676

Het origineel is tevens toegevoegd ter verduidelijking

Sondag den 21e February
1683
Arien Janse van Heemert van com-
petens ouderdom, heeft verklaerd onder
solemnelen eede door den substituut schout hem
na behooren afgestaeft, tot Nederhemert
geweest te sijn bij Maurits van Hemert
als Geurt Joosten gequetst wierd, sijnde ge-
weest in 't jaer 1676, sonder in de præ-
cysen tijd bevangen ten willen wesen,
dat den schout van Delwijnen krackeel
kreeg met Arien Peeterse Greef, dat
hoorde seggen, dat den schout Arien
Peeterse voor de kop sloeg.
Dat Arien Peeterse t'mes trock en
de schout snee of quetste.
Dat Arien Peeterse hem deponent
mettet mes in de hand tegen quam,
waer even deponent in huys ging en
Struyck hem ontmoete in de kamer,
vraegde of hij deponent den schout
van Delwijnen gesneden hadde, waerop
hij en de schout antwoorde, neen.
Dat hij alsdoen Struyck in den arm
vatte en t'mes meynde te ontweldi-
gen, t'welck hij niet machtig konde
worden, Struyck t'selve weer
opstack, waerop hij deponent
met Struyck ging sitten praten
in den hoeck van de kamer.

Beste Geert Ouweneel,

Bedankt voor de transcriptie.