lange acte – deel 1

deel 1
In den naeme des Heeren Amen, kennelick sij een
yder dient behoort, dat in den jaere naer de geboorte onses liefs
Heeren ende eenigen salichmaecker Jesu Christy, duysent ses
hondert sevenenseventich, in de maent November, op den
26en dach derselver maent, des avonts de clock
vijff uyren, voor mij notaris publicq ende voor de naebeschreven ge-
tuygen, in eygener persoone gecomen ende verscheenen is
d'hooch geleerde heere Petrus Gestranus, dr. medicinæ,
wonende alhyer ter stede, mijn notaris bekent, gesont naer lichaem,
gaende ende staende,
sijne redenen, memorie ende verstant wel machtich ende volcome-
lick gebruyckende, sulcx als uytwendich bleecq, dewelcke
verclaerde dat hij was achtnemende op de algemene swackte
ende broosheyt van s'menschen leven op desen aerde, die
als een schaduw verganckelick, en de gemeene schulden
der natuyre, namelick de doot, ten alderseeckersten onder-
worpen is ende daerjegens niet onseeckerder te sijn als de
tijt ende uyre vandien, derhalven van sinnen ende meeninge
geworden te wesen deselve onseeckere uyre des doots te
voorcomen met dispositie testamentair ende sulcx niet
van desen werelt te scheyden sonder van sijne tijdelic-
ke goederen, hem van Godt almachtich genadelick verleent,
gedisponeert te hebben, doende sulcx soo hij opentlick
verclaerde uyt sijn eyge vrije wille ende gemoet, sonder
imants opmaeckinge ofte misleydinge, bevelende oock
alvoorens sijne onsterffelicke ziele in de genaedige
ende barmhertige handen Godes almachtich, sijnen hemel-
schen Vader, ende sijn doode lichaem d'aerde, met een
eerlicke begraevinge, revocerende, casserende, doot
ende te niet doende bij desen alle ende soodanige testamenten,
codicillen ende gelijcke maeckingen, als hij voor dato deses
eenichsints gemaeckt ende gepasseert of verleden soude
mogen hebben, niet willende, nochte begerende, dat de-
selven of eenige vandien gevolcht of naergecomen
sullen werden in geenderley manieren ende van nieuws
disponerende, verclaerde hij comparant eerst te legateeren
ende te besrpeecken aen de heer mr. Cornelis de Neyn,
raet ende pensionaris der stadt Alckmaer, broeder van
sijn comprants zaliger huysvrouwe ende bij sijn vooroverlijden aen
desselfs wettige descendenten het conterfeytsel van
sijn comparants zaliger huysvrouwe, gemaeckt door de heer
Gerardt Douw ende bovendien noch een somme van
twaelf hondert gulden te 40 grooten t'stuck, gelijck hij
comparant noch verclaerde te legateeren aen de kinderen
van zaliger Russia de Neyn, huysvrouw was van Wilhelmus
Beyerus, een somme van gelijcke twaelfs hondert
gulden.

Dag Geert, Weer heel erg bedankt voor deze supersnelle reactie! Ik heb nog wel een vraag. Je schrijft dat er als datum staat "

duysent ses hondert sevenenseventich, in de maent November, op den

26en". Dus 28 nov 1677. Volgens de genealogie is Pieter overleden op 3 sept 1673. Kan het zijn dat er misschien toch een ander jaartal in de acte staat? 

Groeten,

Anneloes

Het is 1671. In de tekst is daar juist een beschadiging die het lezen hindert.

De notaris zet bij zijn ondertekening ook 1671 achter zijn naam.

Dank!! Dit lange testament geeft wéér meer informatie over Pieter. Nu vooral over zijn sociale cirkel. Interessant!

Ik heb nu alle acten op naam van Pieter die in het Leids archief gedigitaliseerd en gemetadateerd zijn gezien. Dankzij jouw hulp ben ik een schat aan informatie rijker geworden. Dank, dank!!

Groeten,

Anneloes