Niet helemaal kunnen ontcijferen, maar dit helpt misschien toch wel:
Alsoo Hendrick van der Hoeven inwonende
borger alhier hadde gepasseert eene
schabinaele quitantie aen ende ten
behoeve van de diaconen der Nederduytsche
kercke alhier als crediteuren van een
huys en erve genoemt is Graeff van
Solms van eene somme van seven
hondert een ende tachtich gulden eene
stuyver thien penningen pront is ... de dato
12 October 1699, soo is verstaen voor
schepenen onders Thomas van de Boom
inwoonend borger alhier ende heeft gelooft
dat hij de voors. Hendrik van de Hoeven
ter oirsaecke van gelofte bij de
voors. schepen quitantie gedaen, sal
indemneren, cost ende schadeloos houden
ende ontlasten ende dat hij vorders
sal guaranderen soodaene schepenschult-
brieff als ter oirsaecke deswegens den
voors. huysinge is gelooft bij den
coper Peter Bobijn van seven hondert negen
ende twintich gulden capitael en welcke
schepens schultbrieff op heden is
getransporteert aen heer Simon
de Ras, mitsgaders dat den debiteurs /
des voors. schultbrieff en de voors. huysinge
de Grave van Solms voor de betaeling
van ons altijdt goet ende weldeugende
sal houden ende bewaren voor allen t'
geene voors., verbindende de voors.
comparant ora et honora? Gepasseert in
date den twee ende twintichste October
1699.
Louis v. V.
zei op zondag 16 augustus 2020 - 08:27