Onder voorbehoud:
Wij Gillis Valckenier ende Cornelis van Dronckelaer etc.
dat op den 21 January anno 1651 bij schepenen derselver stede vercoft is
geweest aen mr. Salomon de la Voye voor Anna Thijs ende daerna
op den 6 Februari 1652 uyt crachte van schepenen appoinctemente
verleent op de requeste van Annitge Huygen den 31 January 1652,
geregisteert in schepenen minut register folio 38 verso
overgeaen ende gestelt op den naam ende ten behoeve van Jan Pietersz Bijlert, als
coper, een huys ende erve, staende aen de westsijde van de
Passeerders dwers straet en gang in te gaen, belent
Pieter Chateau aen de oostsijde ende Jan Danielsz aen de
westsijde, streckende voor van de gang tot achteraen
Wybrand Hermansz, welverstaende dat de lichten in de
sijdel ende achtermuyr precario gestelt sijn, dat oock
desen coper sal moeten gedoogen dat het cokintgen van
t'huys van de voorsz. Chateau blijven staen tegen de muyr
van dit huys tot vertimmeren toe, ende dat dit huys
sijn water sal moeten vangen ende leyden op sijn eygen
gront, in allen schijne ende toebehoort hebbende
Jonas Matthijsz caffawercker, voor de
somme van ses hondert ende achtien gulden, wesende
deselve cooppenningen op affschrijven van de secretarisen
ten vollen opgebracht ende betaelt ende weder
bekeert etc. den 23en February 1652.
Jan
zei op dinsdag 19 januari 2021 - 21:28