Overslaan en naar de inhoud gaan

Forum

Graag transactie akte d.d. 22-6-1696 4 blz.

Graag wil ik een transcriptie van deze akte waarin Philips Vermeir wordt vermeld. Hij is woonachtig in Terheijden onder de Baronie van Breda.

De akte beslaat 4 blz.

Alvast bedankt voor dit werk.

MvG

Alex

Reacties (5)

Alex Hartmans zei op do, 10/23/2025 - 17:17

Hier de 2e blz.

Alex Hartmans zei op do, 10/23/2025 - 17:18

Hier de 3e blz.

Alex Hartmans zei op do, 10/23/2025 - 17:18

Hier de 4e blz.

Geert Ouweneel zei op vr, 10/24/2025 - 09:25

Compareerde voor mij Willem van Bommel,
openbaar notaris bij den Ed. Mog. Raade van
Brabant in s'Gravenhage geadmitteert, tot Breda
residerende, ende de getuygen naargenoumt,
juffrouw Anna Hulshout, weduwe van saliger sr. Cornelis
van de Leur, koopvrouwe alhier, ter siede
geassisteert (voor soo veele de noot sij) met
mij notaris voornt. als haaren assistent
in desen, dewelcke verklaarde verhuert etc.
Philippus Vermeir, woonende onder Ter-
heyden in de Baronie van Breda (mede
comparerende, die bekende ende verklaarde
van deselve gehuert te hebben haar verhuerdersse
stede mette huysinge ende schuere daarop
staande, gestaen ende gelegen onder Terheyden
voorsz. int Kerckenstraetie, met alle de
landerijen daartoe behoorende, alles in voegen
ende manieren ende soo ende gelijck de voorsz. stede
ende landerijen nu eenige jaaren in hueren be-
woont ende gebruyckt is geweest bij de weduwe
van Pieter Embrechts van Schendel, des huerders be-
hout moeder, ende sulcx allen tselve hem huer-
der volcomen bekent, soo hij seyde,
voor eenen tijt ende termijn van ses agtereenvolgende jaren,
sonder berouw ofte optie van d'een nogh d'ander,
ingegaen de landerijen met Ste. Merten des jaars 1691
ende de huysinge met primo May 1692 ende alsoo wederom
expirerende.
Ende dat jaarlijcks om ende voor de somme van 51 £
die den huerder vrij ende suyver van alle lasten ende
contributien, hoedanach die sijn ende genoemt souden
mogen werden, ende die gedurende dese huerjaren
over dese verhuerde goederen opgestelt ende om- /
geslagen souden mogen werden, aen de verhuerdersse
sal moeten voldoen ende betaelen alle jaar precies
op Ste. Martensdage oftewel uytterlijck te Kersmisse,
op pene van expiratie der huere indien het de
verhuerdersse geleift ende anders niet, ende den
eersten verschijndagh daaraf sal wesen te Ste. Marten
ofte te Kersmisse 1692 ende soo voorts.
Den huerder sal int laatste jaar sijnder huere
de twee derde parten deser gehuerde goederen
moeten opsayen met goede winter vrughten
ende het andere derde part tot ledigh lant
laten leggen, van welk opgesaayde den huerder
daaraanvolgende sal trecken ende genieten
den halven wasch, des sal hij huerder gehouden
sijn hetselve tot sijnen koste te leveren
in de hoek om alsoo volgens ploegreght
gedeylt te werden.
Item den huerder sal de huysinge ende schuere wel moeten
bewoonen ende gebruyken ende sal de landerijen wel missen
ende cultiveren, sooals eenen goedn huer- ende bouw-
man schuldigh is te doen.
Sal ook niet sijne volle have het laatste jaar sijnder
huere aldaar moeten blijven ten uyteynde sijnder
huere, sijnde primo Mey 1698 veth ende mistmaaken
naar behooren.
Den huerder sal in hetselve laatste jaar egeen veth
ofte mist, kort ofte lanck, van dese gehuerde
goederen mogen voeren, nogh doen voeren, maar sal
aldaar soo veel veth ende mist moeten laten als hij
op sijn aanveerden bevonden heeft, waardigh sijnde
ten misnten de somme van thien gulden.
Item den huerder en sal egeene weyden /
noch driesschen mogen scheuren om tot hoey-
lant te maecken, sonder expres consent ende
voorweten van de verhuerdersse, op pene van
dobbele huere te verbeuren.
Den huerder en sal dese gehuerde goederen
int geheel nochte ten deelen aen niemanden
mogen overlaten ofte voorts verhueren, dan
met expres consent ende voorweten van de
verhuerdersse, op pene van vijftigh gul-
dens, te verbeuren ten proffijte van den
armen alhier, ende sal d'overlatinge
evenwel sijn nul ende van onwaerden.
De verhuerdersse reserveert en behout
aen haerselven allen de houtwassen
op, aen ende om dese verhuerde stede
ende landerijen staende, oock den hoff
aldaer voor de huysinge gelegen, soo
die in sijne heggen is liggende, ende
die sij altijts aen haer behouden heeft
gehadt, tot welcke houtwassen ende
hoff den huerder egeen t'minste recht
sal hebben, dan sal deselve wel moeten
bewaeren daeraen ofte in door sijn ofte
andere luyden beesten egeene schade en
comen te lijden, op pene van deselve
schade te sullen moeten repareren, ter
taxatie van luyden hen des verstaende.
Item de verhuerdersse sal buyten den
voorsz. hoff die sij aen haer behout
nogh mogen setten ende planten daer
t'haer gelieft soo veel fruyt ende andere
boomen als haer goetduncken ende
gelieven sal, waervan sij oock aen haer
reserveert de vruchten daerop wassende.
Den huerder sal de voorsz. goederen wel 
moeten grippen ende slooten ende sigh
selffs heynen sooals hij daervan /
proffijt wilt hebben, ende voorts daeraen
doen ende onderhouden alle gebuerlijcke
rechten.
Oock sal den huerder de weghten an wanten
t'sijnen koste moeten repareren ende onder-
houden, ende die op sijn affscheyden leveren
sooals hij die aenveert heeft.
Item off eenige reparatie van timmeringe
ofte metselinge aen ende omtrent de voorsz.
huysinge ende schuere met goetvinden
van de verhuerdersse gedaen wierde, soo
sal den huerder schuldigh ende gehouden sijn
de noodige materialen aen te halen, den 
metser, timmerman ende decker te dienen
ende deselve kost ende dranck te geven, alles 
sonder korten.
Eyntelijck is geconditioneert ende besproocken
dat den huerder de opgaende en andere
boomen, heggen noch bosschen, niet sal
mogen ontblooten met vlaggen off wegh-
halen van de affgevallen bladeren.
Tot naercomende ende prompte voldoeninge
van alle t'gheen voorsz. staet, verbindt den
huerder sijnen persoon ende generalijck alle
sijne goederen, present ende toecomende, de-
selve stellende dwangbaer aen allen heeren,
hoven, rechten ende rechteren, alsoo dat nampti-
satie ende voldoeninge voor oppositien ende alle
contradictien sal moeten voorgaen. Aldus
gehuert in den jaere 1691 ende gepasseert desen
22 February 1696 in presentie van Abraham Swaen,
woonenden tot Rijsbergen, ende Geeraert van der
Hoeven, inwoonder alhier beyde als getuygen hier-
toe versoght etc.
Anna Hulshout
J. van der Hoeven 1696
Philippus Vermeiren
Abraham Swaen
Quod attestor W. van Bommel, notaris publicq, 1696

Alex Hartmans zei op vr, 10/24/2025 - 15:30

Dank u Geert.

 

Fijn weekend.

MvG

Alex

Reageer op dit bericht

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.
Slechts één bestand.
10 MB limiet.
Toegestane types: png gif jpg jpeg.