Dit is studiemateriaal nalatenschap H H Snoeys 1631 Rijsbergen

Ick Henrick Henrick Snoeys bekenne
ende verlyde midts dese wel ende deuchde-
lycken schuldich te wesen aen den eersamen
Jacob Jan Jacobs ofte die tonder deses
zijns actie hebbende de somme van twee
hondert vijftich rijnsgulden eens procederende
ende spruytende van goeden ganckbaren geleenden gelde
bij mij debituer voorschreven van den voornoem-
den Jacob Jan Jacobs in twee diverse
reysen op  ... tegen den penninck zestien
ontfangen ende genoten waervan het gerechte
een derde paert vijftich rijsngulden aen mij debiteur voorschrteven
aengetelt is geweest op Dry Coningen-
avont in den jare 1622 ende de andere twee derde-
paerten, monterende ter sommen van hondert
rijnsgulden, sijn mij debituer voornoempt getelt
den achtienden July anno 1622
waervan de intereste het eerste derde-
paert namentlijcken de eerste vijftich rijnsgulden
verschijnen zal op Drye Coningenavont anno
1623 ende den intereste van de voorsz. hondert
rijnsgulden sal verschijnen den 18e July 1623
daeraenvolgende, gelovende de voorsz. hondert
vijftich rijnsgulden als capitael penninghen metten
intereste vandien als voor aen den voorschreven
te restitueeeren van heden date ondergeschreven
over een hjaer, namentlijck de eerste
vijftich rijnsgulden metten intereste op Dry Coningen-
avont anno 1623 ende de resterende hondert
rijnsgulden metten verloopen ende verschenen intereste vandien
den 18e July 1623 daeraenvolgende,
sonder eenich voorder dilaey ofte uutstel vandien
ende bij soo verre den voorsz. debituer in gebrecke
waere zijne geloofde penninghen metten interest
vandien op den geprefigeerden dage te betalen soo sal
hij debituer gehouden wesen ende moeten betalen voor den voorsz.
intereste jaerlijcx de somme van thien rijnsgulden, ende
dat onder verbant van mijnen persoone ende alle mijne
goederen, roerende ende onroerende, present ende toecommende,
egheen uutgesondert waer de selve
bevonden souden moghen werden, stellende deselve tot
bedwanck van alle rechten ende rechteren sonder eenich exceptie
van rechte ter contrarie van dien te mogen pretendeeren,.
in teecken der waerheyt ende tot standthoudinge ende voldoe-
ninghe van tgene voorsz. is, soo heeft Hendrick
Henricz Snoeys debituer van desen op heden desen 18e
July 1622 met sijn eygen hantmerck ofte proprie
signature ter presentien van Marcus Marc van Aquen
die dese obligatie ter requisitie van de debituer geschreven heeft
deses onderteeckent. Actum als boven.
X dit is het eygen hantmerck van
Henrick Henricks Snoeys voorsz.

laatste woord op regel 5 is niet twee maar een

Het bedrag is dus eenhondert vijftich (150). Dit blijkt ook verder als er gesproken wordt over het derde deel dat 50 is.

op de puntjes 'naer regte tegens' (weggevallen door beschadiging bron, maar uit andere soortgelijke akten herleid).