Akte uit 1635 met schilder Lucas van Leijden en Claude de Hoey

met toevoeging van de 1e pagina.

mvg, michiel

Beste Michiel,

Het betreft een erfeniskwestie. Lucas Jansz van Wassenaer heeft bij testament een bedrag van 4000 guldens bestemd voor hen die in de eerste graad afstammelingen zijn van Lucas van Leijden de Oude. Dit bedrag zal in twee jaarbedragen van 2000 gulden uitgekeerd worden en verdeeld onder de bedoelde erfgenamen. Er zijn meerdere personen die beweren dat te zijn. De notaris komt met hen overeen dat een ieder afdoende bewijs dient in te leveren om dat aan te tonen en dat het geld daarna verdeeld zal worden; tot die tijd zal het uitgekeerde bedrag op een overheidsrekening gestald worden.

Transcriptie volgt op een ander moment, dan ook de namen van alle betrokkenen.

Veel dank alvast René voor de samenvatting!

Ben benieuwd wie er aanspraak op deze erfenis maken.

Vriendelijke groet,

Michiel 

Hierbij de transcriptie. Die geeft een nog wat gedetailleerder beeld. Er zijn twee Utrechters die beweren nakomelingen in de eerste graad van Lucas van Leiden te zijn: Coenraet Willemszen Coperslager en de vijlenmaker Lucas Lucaszen de Hoij. Zij menen daarom recht op hun deel van de erfenis te hebben naast de al bekende erfgenamen: Dammas Huygenszen de Hoij, de Woerdense kuiper Bartholomees Corneliszen, de Rotterdammer Roelant Corneliszen de Hoij, Jan
Lucaszen de Hoij, en de in Frankrijk verblijvende schilder Glaude de Hoij.

Deze nieuwe vermeende erfgenamen krijgen tot de eerste uitbetalingsdag (9 december, dus iets minder dan een maand) de tijd om afdoende bewijs te leveren via de rechtbank van hun keuze: het gerecht van Voorburg, het gerecht van Leiden of via het Hof van Holland. Als zij hun claim met bewijzen kunnen onderbouwen, dienen ze tevens voldoende financiële garanties te bieden dat ook claims van eventuele verdere erfgenamen voldaan kunnen worden; daaraan hoeven ze alleen niet te voldoen als ze tevens afdoende kunnen bewijzen dat er geen verdere erfgenamen meer zijn). Totdat alles uitgezocht is, zal de notaris ten behoeve van de rechtmatige erfgenamen de uit te betalen som van 2000 vastzetten of beleggen bij het financieel kantoor van het gewest Holland.

Huyden date onderschreven heb ick Niclaes van Losstadt
notaris publicq bij den Edele Hove Provintiael van Utrecht
geadmitteert ende binnen der stat Utrecht residerende ter overstaen
ende in presentie van Seigneurs Heribert van Hauwert ende
Adriaen van Buijtendijck, beyde wonenI binnen Utrecht,
als getuyghen als nabeschreven, mijn getransporteert
ten woenhuyse van Coenraet Willemszen Coperslager
alhier binnen Utrecht, ende aldaer personelijcken
geinsinueert den selven Coenraet Willemszen, getrout
hebbende Grietgen Lucasdochter de Hoij ende Lucas Lucaszen
de Hoij, beyde binnen Utrecht wonende ende t'gunt alhier volcht.
Alsoo Lucas Jansz van Wassenaer zaliger, overleden tot
Voorburch, bij zijn testament vanden XIXen november anno 1629
onder andere gemaeckt ende gelegateert heeft aenden
nasaten van Lucas van Leijen, den ouden vermaerden
schilder, te weten aendegene die de voornoemde Lucas van
Leijen in eenen grade aldernaest zijn bestaende te-
samen een somme van vierduysent gulden, uyt te reycken
---
binnen twee jaer nae zijn overlijden, teclken jaere
de gerechte helfte, daervan nu den IXen december toecomende
d'een helfte verschijnen zall, diemen gaerne promptelijck
soude voldoen ende betalen opten verschijndach aendegeene
die des behoort, ende dat het sulcx is dat eene Coenraet
Willemszen Coperslager, getrout hebbende Grietgen Lucas-
dochter de Hoij ende Lucas Lucaszen de Hoij, vijlmaecker,
beyde wonende tot Uytrecht haer uytgeven te zijn
affcomelinghen vanden voors. Lucas van Leijden ende dat
zijluyden mitsdien beneffens Dammas Huygenszen de Hoij
ende Bartholomees Corneliszen, cuyper tot Woerden,
Roelant Corneliszen de Hoij tot Rotterdam ende Jan
Lucaszen de Hoij, mitsgaders Glaude de Hoij, schilder
in Vranckrijck, souden wesen gerechticht tot t'voorss.
legaet ende niemant meer oft anders, t welck
tot noch toe niet gebleken en is. Soo sal den eersten
notaris publicq hierop versocht van wegen mij ondergeschreven
volmachtich de administrateur van den boedel ende
goederen vande voorss. Lucas Jansz van Wassenaer
hem beneffens twee getuygen gelieven te vinden aende
personen ofte ter woenstede vande voorss. Coenraet
Willemszen Coperslager ende Lucas Lucaszen de Hoij
ende henlieden t'samen ende elcx in t' bijsonder rechtelijck
insinueren dat ick te vreden ben het legaet de
descendenten van Lucas van Leijden, in conformite
vanden voorss. testamente gemaeckt, te voldoen, mits
dat zijlieden alvooren sullen bewijsen ten contentemente
vanden Gerechte van Voorburch, Leyden of vanden
Hove van Hollant, t'haerer keure, dat zijlieden zijn de
selve descendenten van Lucas van Leijden ende
t'selve alsoo geverifieert ende bewesen zijnde, dat zij
daerbij sullen stellen suffisante cautie voor alle
naemaninge van allen anderen, ten waere zijlieden
daerbij mede conden bewijsen ten genougen als boven
dat zijlieden en geen meer oft andere descendenten in
gelijcken grade staende ten ten tijde van t'overlijden vande
voorss. Lucas Janszen meer in t'leven zijn geweest,
in welcken gevalle zijlieden van t'stellen vande voorss.
cautie ontlast sullen sijn, ende dat zijlieden alle het
gene voorss. staet voor den aenstaende verschijndach
vande eerste tweeduysent guldens sullen hebben te
doen ende te presteren, ofte dat ick andersints bij
manquement vandien de voorss. tweeduysent guldens
---
sall consigneren ofte beleggen opt Comptoir van
t'Gemene Lant van Hollant, soo t'mij best goetduncken
sall, ende dat ten behouve vandegene die bevonden sullen
werden daer toe gerechticht te zijn. Protesterende
wijders in cas van weygeringe ofte refuys van alle
costen, schaden ende interesten hieromme te hebben doen ofte
te lijden. Maeckende voorts hiervan ende van zijn
wedervaren behoorlijcke acte van relatie. Actum
desen XVIIIen november anno XVIc vijff en dertich. Ende
was onderteyckent G. Van der Meer, waerop
mij, ten overstaen ende in presentie als vooren de voornoemde
Coenraet Willemszen Coperslager ende Lucas Lucaszen de
Hoij antwoorden Wij staen u de weet ende versoecken
van t'gunt ghij ons alhier hebt geinsinueert copie,
ende welcke copie ick te vreden was haerluyden
te leveren. Ten oirconde van dien is dese bij mijn, notario,
ende voorss. getuygen onderteyckent. Actum t'Utrecht
den XIIIIen november anno XVIc vijff ende dertich oude stijl.

[getekend:
Niclaes van Losstad not. publ. / 1635
H. van Houwert / 1635
A. Buijtendijck / 1635]

Interessant René! Veel dank voor deze transcriptie!

Claude de Hoij/Hoey zou als achterkleinzoon van Lucas van Leijden inderdaad in ieder geval recht hebben op de erfenis:

https://fr.wikipedia.org/wiki/Jean_de_Hoey