Den 17en April 1652
Compareerden etc. Bartholomeus Aerts
met Grietgen Berents, echteluyden, ende verclaerden sij comparanten
tesamen ende elcx int bysonder, ten versoekcen van sr. Pieter
Verkuyll, man ende voocht van Anna van Millingen, ende bekende dat sij egeen
actie, recht ofte pretensie waeren hebbende, t'zij in qualite
as naeste bloetverwanten van Aeltje, weduwe van zaliger Jan Willems Ors-
sen, ofte andersints, hoe t'selve soude mogen wesen, op al
sulcke plechte* van drie hondert vijftich gulden capitaell, off
renten vandien als ten behoeve van d'voorsz. Aeltje, weduwe
van Jan Willemsz van Orssen cum suis den 7en May
1596 voor den gerechte deser stadt is gepasseert
ende gehypoteecqueert op sekere huys, erff ende straende
ende gelegen alhier binnen Utrecht in de Romerborgerstraet,
welcke voorsz. huys voor dese gecomperteert heeft
d'erffgenaem van Jan Smeets zaliger, daervan nu eygenaer
ende posesseur van is Nicolaes de Cruyff, notaris, sulcx
dat sij comparanten op deselve plechte ofte huys egeen
actie ofte recht sijn hebbende, belovende den eygenaer
ongemolesteert te laten, mogende lijden dat d'selve plechtge
(in haer regard als daertoe geen recht hebbende) ten registere
werde gecasseert ende geroyeert, consenterende de comparanten
hiervan acte. Aldus gedaen t'Utrecht ter presentie
van Herman van Royesteyn ende Willem Theussen, borgers
t'Utrecht, getuigen hiertoe versocht.
Bartholomes Aertsen
X Dit merck is geteyckent bij Grietje Beernts voornt.
Herman van Reyesteyn
Willem Matheusz van Oosterum
D. van Ryssen
* gerechtelijke erkenning van een geldschuld, waarvan een gerechtsbrief is opgemaakt
Adriaan van Heemstede
zei op zaterdag 26 september 2020 - 15:13