Op huyden den 26 December anno 1641 de clock
bij vier ueren nae de noen, compareerde voor
mij Henrick Schaeff, notaris etc., ende d'ondergeschreven
getuygen Jan Leydt van Amersfoort, sullende
varen voor adelborst in dienst van de Oost Indische
Compagnie tot Middelburch, opt schip Prins Hendrick,
ende bekende voor en wel ende deuchdelijck schuldich
te wesen aen Cathalina Dacree gasterijhouster
binnen deser stede, off thonder deser, de somme
van tnegentich carolus gulden over ende ter saecke
van verteerde costen van hem
comparant ende sijn huysvrou Margrieta Jans, int passeren
van desen mede tegenwoordich, ende verschoten penningen
tot sijn comparants uutrustinge tot de voorsz. voyagie
ten dancke ende genougen genoten ende ontfangen,
begeerende daervan dat sij etc. te ontfangen etc.
uut de eerste gereetste gagie, maent ende
beuytgelden bij hem comparant op de voorsz. ofte
andere voyagien te verdienen, haer oversulcx
ende met adsignatie ende transport etc. onder verbant
dies niettemin van sijn persoon ende vordere
goederen ende tot submissie etc. alles oprecht.
Gedaen t'Amsterdam ter presentie van
Cornelis Henricx van Amersfoort adelborst
naer voostindie als boven ende Jan Henricxsz
van Jarmouth, varend gesel, bij de voorsz.
comparanten gelogeert als, als getuygen hiertoe versocht,
dewelcke verclaren den voorsz. comparanten wel te kennen
ende denselven te wesen etc.
X Jan Leydts eygen gestelde merck.
& Het merck bij Cornelis Henricx selffs gestelt
# Het teecken bij Jan Henricxsz selffs gemaeckt.
H. Schaeff n.p. (notaris publicq)
Tim
zei op dinsdag 1 juni 2021 - 13:27