Overslaan en naar de inhoud gaan

Forum

Wapenbrief verleend door keizer Ferdinand III (in het Duits)

Goeiemiddag,

Wie zou kunnen helpen met een analyse en eventueel een transcriptie van bijgevoegde wapenbrief in de Duitse taal.

https://archief.amsterdam/inventarissen/filedetails/1303/7.1

Bij voorbaat dank!

Gr, Michiel

 

Reacties (20)

Otto Vervaart zei op za, 06/21/2025 - 18:09

Beste Michiel, jouw vraag wacht al even op antwoord! Volgens heb je een incomplete link bij je vraag geplaatst, ik kom niet verder dan de startpagina Inventarissen. Ik heb het contrast in de afbeelding verhoogd met gammacorrectie. Uit andere keizerlijke wapenbrieven weet ik dat hierin veel formeel taalgebruik staat. Het vraagt om het nodige turen om de naam van de wapenbezitter en de heraldische beschrijving van diens gecompliceerde wapen hieruit te distilleren.

michiel zei op za, 06/21/2025 - 23:22

Goedenavond Otto,

Dank voor je reactie en het leesbaarder maken van het document!

Bij deze de juiste link:

https://archief.amsterdam/inventarissen/file/53326a18-482d-f88e-cb16-9d…;

De wapenbrief is verleend aan Frans Lamberts de Bruijn.

Mijn onderzoeksvragen zijn met name wie is Frans Lamberts de Bruijn en waarom werd er voor hem een wapenbrief verleend door Keizer Ferdinand III? Daarnaast ben ik ook benieuwd naar de symboliek in het wapen en de datering van de brief.

Alle hulp wordt op prijs gesteld.

Groet, Michiel

Otto Vervaart zei op ma, 06/23/2025 - 12:32

Beste Jacques, dank je wel voor je deeltranscriptie en de informatie die je aanreikt! Ik heb nog eens geprobeerd om een werkende link naar de wapenbrief te vinden (Stadsarchief Amsterdam, toegang 1303, Archief van de familie De Flines, inv.nr. 1585), https://archief.amsterdam/inventarissen/details/1303/path/7.1 .

Van de datering kan ik wel de datum 2 juni lezen, maar het feitelijke jaar zie ik nog niet staan... De plaats Cleve (Kleef) wordt genoemd. Via https://www.archieven.nl zag ik bij het BHIC twee schepenakten uit Grave uit april 1667 waarin Frans Lambert de Bruijn wordt vermeld als ontvanger te Venlo, denkelijk toen in dienst van Opper-Gelre (BHIC, toegang 7041, Index schepenprotocol Grave, inv.nr. 261).

René van Weeren zei op ma, 06/23/2025 - 12:53

Dag Otto en Michiel,

Ik zie zelf de deeltranscriptie van Jacques niet, maar zie wel dat het jaartal geheel onderaan vermeld staat. Het is sterk vervaagd, maar ik meen hierin het jaar 1652 te herkennen of 1655 te herkennen.

Otto Vervaart zei op ma, 06/23/2025 - 13:16

Via Open Archieven vind ik de ondertrouw op 22 juli 1653 te Grave van Frans Lamberts de Bruijn uit Grave en Anneken Conix uit Kessel; het huwelijk vond elders plaats op 17 augustus 1653, https://www.openarchieven.nl/bhi:716f7118-4629-11e3-a747-d206bceb4d38/nl [BHIC, DTB Trouwen, toegang1437, inv.nr 12, 1628-1655,  fol. 87,17 augustus 1653]. De plaatsnaam in de attestatie in de marge kan ik niet hoed lezen, staat er wellicht Cadier?! In een van de akten uit 1667 werd de naam van zijn bruid gespeld als Anna Conincx.

De wapenbrief zal dateren uit de tweede helft van de zeventiende eeuw. In r.8 begint er informatie over Frans.

René van Weeren zei op ma, 06/23/2025 - 14:36

Ik vermoed dat de attestatie naar Calkirchen = Kaldenkirchen (D) is gegaan. Hier staat overigens niet expliciet dat ze aldaar zijn getrouwd op 17 augustus, maar dat is wel afleidbaar uit de opzet van andere aantekeningen op deze bladzijde. Ik vermoed overigens dat de datum van ondertrouw in de index niet klopt: het lijkt mij dat deze XX julii moet zijn, dus 20 i.p.v. 22 juli.

De aanstaande bruidegom is schipper en zal zich dus regelmatig verplaatst hebben. De aanstaande bruid kwam uit Rekel.

Otto Vervaart zei op ma, 06/23/2025 - 15:16

@René, dank je wel, dit maakt het wat onwaarschijnlijker dat dit de ontvanger uit Venlo is. Ik heb inmiddels het contrast van de foto van de wapenbrief nog maximaal aangescherpt, dat scheelt weer. Een weg tot de datering van dit archiefstuk is een controle om welke Ferdinand het gaat. Op de achterzijde is in potlood genoteerd dat het om Ferdinand IJ (regeringsjaren 1637-1657) gaat, evenals een korte beschrijving van de inhoud. De notitie rechtsonder wijst erop dat deze Johann Nikolaus Zimmermann von Sponsheim als vicepaltsgraaf een keizerlijk notaris was, de rang van van poeta laureatus is een extra

michiel zei op do, 06/26/2025 - 22:50

Veel dank Otto en René voor jullie hulp!

Ik kwam deze nog tegen:

"Caspar vrijheer van Schenck von Nijdecken, ridder in de Duitse Orde en commandeur van Seestorff, als gekozen voogd van de minderjarige kinderen van wijlen zijn broer, de vrijheer van Hillenraedt, verpacht de Oostersden Tholl, tegenwoordig gelegen te Kessell, voor een periode van zes jaar (te weten van 1 januari 1682 tot 1 januari 1688) aan Frans de Bruijn en Anna Conincx, echtelieden."

via: https://www.loegiesen.nl/1680-1689%20Loe%20Giesen.htm

Frans zou dus mogelijk een carriere switch hebben gemaakt van schipper naar tollenaar.

Henrick Lamberts de Bruijn, vermoedelijk een (half)broer, was overigens ook eerst marktschipper van Mook op Maastricht en werd in 1651 aangesteld als "Deurwaarder van de te erigeeren Chambre Mipartie"

https://www.openarchieven.nl/ghn:2f5c3bce-af24-102d-afe5-0050569c51dd

https://www.openarchieven.nl/ghn:2f5c43f8-af24-102d-afe5-0050569c51dd

Heb in de database van het CBG gekeken, maar kom het wapen daar niet tegen.

De deeltranscriptie van Jacques zie ik helaas ook niet.

Groet, Michiel

r.vanweeren zei op vr, 06/27/2025 - 13:05

Michiel,

Mooie vondsten! Het geeft aan dat beide schippers tamelijk welvarend zijn geweest. Tolheffing werd in die tijd namelijk verpacht: de pachter stond garant voor een bepaalde opbrengst van de tolheffing, waardoor de pachtverlener zekerheid had over de inkomsten; risico en verantwoordelijkheid voor de opbrengst lag daardoor volledig bij de pachter, die daardoor ongetwijfeld gemotiveerd was om de tolheffing zo goed mogelijk uit te voeren, maar die daarvoor dus ook voldoende welvarend moest zijn om de opbrengst aan de pachtverlener te kunnen garanderen en uit eigen middelen te betalen.

Ik had naar aanleiding van Otto's suggestie inderdaad ook al eens bij het CBG gekeken, maar trof het wapen daar ook niet aan. De symboliek is op zich vrij vanzelfsprekend: een duif met een olijftak staat bovenin het wapen geplaatst, een slang onderaan, waarmee de duif (symbool voor zowel de Heilige Geest als de vrede) een 'overwinnende' positie op de slang (symbool voor het kwaad) heeft; de exacte reden voor deze symboliekkeuze is mij echter vooralsnog onbekend.

Ik heb een beginnetje gemaakt met de transcriptie, maar dat zal nog wel even duren, gezien de beperkte leesbaarheid, de omvang van de tekst en andere prioriteiten...

Otto Vervaart zei op vr, 06/27/2025 - 14:48

Excuus voor de verwarring rond een deeltranscriptie, die zin was bedoeld bij een andere lopende vraag, typisch een gevolg van de hitte afgelopen zaterdag! @René, nu zie ook onderaan heel vaag het jaartal 165.. staan.

michiel zei op vr, 06/27/2025 - 21:41

Dankjewel voor de uitleg René, dat is zeer interessant!

Ik vind in deze de aanstelling van marktschipper door de staten generaal ook bijzonder. Blijkbaar kon niet zomaar iedereen met een schip personen vervoeren tussen de genoemde steden.

Het volgende vond ik nog over (half)broer Hendrik, die ook "agent en gewezen gevolmachtigde van de gemene maashandelaars" was:

https://www.dordtenazoeker.nl/hulpbronnendordrecht/inventaris_bruijn/

Het is me onduidelijk wat "de gemene maashandelaars" voor precies organisatie was, maar ik stel me zoiets voor als de VOC en WIC maar dan voor de handel op de Maas? Er bestaat iig een heel archief van:

https://proxy.archieven.nl/0/0A47FDF6F2114B5EA76824621E702F84

Neem gerust de tijd met de transcriptie, het heeft voor mij geen haast en ik ben al reuze blij met de informatie die jullie mij hebben aangereikt!

Groet, Michiel

r.vanweeren zei op vr, 06/27/2025 - 22:36

Dag Michiel,

Met gemene Maashandelaars werd de gemeenschap van kooplieden en schippers die handel dreven op en langs de Maas bedoeld als geheel. Net als de meeste andere beroepen was ook het beroep van schipper geen vrij beroep: men moest doorgaans lid zijn van een gilde of soortgelijke organisatie, dan wel voldoen aan andere formele voorwaarden om gebruik te kunnen maken van waterwegen of om bijvoorbeeld tolvrijheid te genieten bij het vervoer van goederen.

De gemene Maashandelaars kenden dus een bepaalde organisatievorm, waarvan Hendrik dus een tijd lang de formele vertegenwoordiger was.

René.

michiel zei op zo, 06/29/2025 - 14:18

Dankjewel voor de duiding René!

Het is jammer dat er niks is gedigitaliseerd van het archief, maar zeker de moeite waard om een keer naar Dordrecht af te reizen.

Groet, Michiel

Otto Vervaart zei op ma, 06/30/2025 - 09:36

Lamberts de Bruijn komt voor in een aantal resoluties van de Staten-Generaal na 1650. Via het platform Goetgevonden. https://www.goetgevonden.nl ,valt er het nodige te vinden.

michiel zei op wo, 07/02/2025 - 14:34

Dankjewel voor het delen Otto, dat is een hele waardevolle bron!

Ik kwam daar o.a. onderstaande resolutie tegen: 

"Sijnde gehoort het rapport vande Heeren vanden Steen, ende andere hare Ho:Mo: Gedeputeerden totte saecken vande Meijerije van ‛s Hertogenbosch, achtervolgens derselver resolutie vanden negenthienden deses, gevisiteert ende geexamineert hebbende de Requeste van Hendricxken Dircx, woonende binnen de Grave weduwe van wijlen Lambert Frans de Bruijn, in sijn leven Borger ende Coopman aldaer, tenderende om te hebben voorschrijvens aenden Bisschop van Ruremonde, mitsgaders aent Hoff aldaer, ten eijnde haer Suppliantes Soon Frans Lamberts de Bruijn, sijnde vande Gereformeerde Religie, ende woonende in het Dorp Kessel, op de Maze, tusschen Venloo ende Ruremonde, met sijne Huijsvrouwe ende kinderen, aldaer in stilte, ende gerustheijt soude mogen blijven woonen: Is naer deliberatie goetgevonden ende verstaen, dat in't voorschreve versoeck niet en can werden getreden."

Als ik het goed lees wordt het verzoek van Hendricxken Dircx niet ingewilligd, klopt dat?

Groet, Michiel

r.vanweeren zei op wo, 07/02/2025 - 15:22

Dat heb je goed gezien Michiel. Een protestantse inwoner in een Rooms-Katholiek gebied, dat ging destijds dus niet...

René van Weeren zei op wo, 07/23/2025 - 13:41

Hi Michiel,

Niet alles en zeker ook niet alles goed, met name de teksten in en rond de vouwen zijn soms lastig te ontcijferen. Wat ik tot nog toe heb kunnen herleiden, is dat deze akte niet verstrekt is door Ferdinand III, maar door Johannes Nicolaus Zimmerman von Sponsheim, rector van het gymnasium te Kurbrandenburg en tevens in dienst van Ferdinand III. Datering is 2 juni 1656 te Kleef. 

Het wapen is afgebeeld in de brief zelf. Wapen en helmteken (Kleinot) zijn verstrekt op verzoek van Frans Lamberts de Bruijn zelf en dus niet op initiatief van hogerhand. Naar aanleiding van het verzoek is de schrijver van de akte wel nagegaan hoe de naam en faam en handel en wandel van de aanvrager was en is gebleken dat hij van onbesproken gedrag was. Met de acceptatie van het wapen werd Frans, voor zover ik begrijp, ook leenman van Ferdinand III en daarmee verplicht Ferdinand III bij te staan in geval van nood.

Qua heraldische symboliek ben ik geen expert. Ook de auteur van de wapenbrief was dat mogelijk niet, omdat ik een aantal termen tegenkom die doorgaans anders vermeld zouden worden. Zo heeft de auteur het over het 'bovenste' kwartier, terwijl er in dit wapen geen verdeling in 4 kwartieren is; een heraldicus zou het waarschijnlijk gemeld hebben als 'de bovenste helft beladen met...).

Wat meer info is onder meer te vinden via CBG Familiewapens of deze website: https://hvnf.nl/index/Betekenis%20van%20figuren%20en%20kleuren%20in%20d…

Daarin wordt vermeld dat de duif en olijftak staan voor (onder meer) vertrouwen en beproeving. Dat lijkt logisch in combinatie met de ark waarop de duif geplaatst is, ook dat was een (Bijbelse) vorm van beproeving. De slang staat onder meer voor roem, list, leven en dood. Het feit dat die op water geplaatst is, is wellicht een verwijzing naar het schippersberoep. Maar ik laat het graag aan meer ervaren heraldici over om hier nadere uitspraken over te doen. In de CBG-database vond ik de afbeelding in ieder geval niet terug...

---

Des allen Durchleuctighsten Grossmachtigsten und unuberwindligsten Fursten und Herren Herren Ferdinandi des dritten
Erwehleten Romischen Keisers zu allen Zeiten mehren des Reichs in Germanien zu Hungarn Bohemen Dalmatien, Croatien und Slavonien Konigs ErtsHertog
zu ostereich Hertogh zu Burgundien zu Brabant und zu Stier zu Kanidtz zu Craad zu lutzenburg Wartenburgh over und nieder schlisur fursten zu Zwaben marggraf des
H(eiligen) Romisschen Reichs zu Burgau zu mehrer ober und nieder Lausnitz gefurst in Graz und Stalsburgh zu Thijrau Lasphierdt zu Rirburch und zu Gor Lantgrafen zu Elsass Herren auf 
der wendischen marck zu hortenau und zu s...olins etc(eter)a unsers allergnadichtsen Herren Ihrer Kaiserlicher maij(estä)t .oich pfalts und hoffgraff sodan, auch gecrönten poet und des Chur Bran-
denburgh Gijmnasp Rector Ich Johanns Nicolaus Zimmermannus Sponsheim ontbiede aller Jegliche denen diese offner brief su sehen oder zu lezen furcomt nach ...
derungh eines Seglichen Stants, Ehrn und wurd meinen geburenden Grus dienst und alles guts zuvor und nae hiemit urkundt und zu wissen das fur mir erscheinen ist der Ehrerveste undt welacht-
bahre Herr Frans Lamberts de Bruijn und gebaten daß ich ihme fur sich und seine erbliche leibs Erbene mit einem gewissen wapen und Kleinoth mit schilt und Helm ...
-verschin begaben und alsoo wapens und Lehens genoss machen woltet wan sich in solches Zuthun von aller hochstgedachten Kaijserliche Maij(estä)t unsterblichen ... .und ...
-rungh des gemeinen bestes auch underen so darzu geschikt ung wurdig sein welfarig mit zutheilen so hab ich angesehen wargenohmen und betrachtt sein frans Lamberts de
Bruijn erlicher geburth gute Vernunft tugent bequamlichkeit Redliches leben handel und wandel auch dasz er in seinen Veruff und Standt dem gemeinen putz bier ofteinich
gedienet undt ...rters woll und ersprichelich in mehr wegh dienen kan und wil und deromwegen an Stat und in nahmen allerhoochst gedachten Kaijserliche Maij(estä)t Ihm und seine
ehelichen leibs erben und dereselben erbens erben mith wolbedachten ... und Rechten wisten sieses Wapen und Kleinoth nemlich einen silber weissen Schilt dardurgh
ein uber zwergh dubbilien balcken Rots gellber gesprinkt in oberen quartier ein blawes deubelein mot einen grunen alzweigh im underen aber ein Slangh opdem Wasser auff den offenen
Stechhelm sol stehen Zwischen Zweij geel Rothen hornern ein blauw Daub auf der Arche mit eim olzweig die decke sol sein silber Weiss Rots und gelb allemassen im mitten
dieses gegenwartigen briefs, solch wapen gemachet und mit seinem farben eigentlich ausgestrichen ist, gegeben mitgetheilet und sie ...eien wapens und lehnsgenoss
gescopft und erhaben thue, auch solches hiemit und Krafft dieses brieffe aus Rom:(ischen) Kaiserlichen mir alle gandigsß erliehenen Volcomen macht und gewalt also das
bemelter frans Lamberts de Bruijn und eine Eheliche leiberben Sur und Sur in ewige-heijt solgh Wapen undtt Kleinod mit Schilt und Helm haben
Ehren und diren in all und jegelich erheblich, Ehrlich und Vedlichen sachen und geschaften zu schimpff und Ernst in straiten sturm kamphen
gestrichen gefechten panieren gezelten Insiegelen pitshafften Kleinodien begrabnussen gemählen und sonsten an allen orten ^undt^ onden nach
Ihren notturfigen willen und wollgefallen, auch al undt jeglicke gnadt freijheijt ehr fohrteil und herlichkeijt mit
ampten und lehen geisteliche unt weltlichen, zu haben und zu tragen mit ander Iher Maij(estä)ts und des H(eiligen) reichs wapens
und lehes genoss Leuthen lehen undt alle anderer gericht undt richt zu besitzen urtheil zu schopfen und Recht
zu sprechen disses allen theilhafftigh und wurdigh empfanglicgh und datu tauglich schichligh und gut sein in
geistlichen und weltlichen standen und sich dessen aller ferner gebrauche und geniessen sollen und mogen von
aller mannighlichen unverhindert in nasseren dan geven alle demgeninge so hier wieder freffentlich handelen und
offtbemelten frans Lamberts de Bruijn und seine erben an diesen kaiserliche begnadigung ins einiger wogh hinderen und ...
... ... ... reich von Ihrer ... ... ... daso ... und darauf gesetzter ... ... ... ich 20 mark
Lessiges goldts hiemit angekundiget ... ... ... Jeglich soll darnach Zu rechten auch für schaden zu huden wiesen
Wirt mit bedingung daeinen oder me ... diese wapen undt Kleijnodt gandts und zum theil in Gleichen fuhrethen und also recht-
lich herbracht hetten das es deme oder der selbem am Wapen unbd Recht  a...erdringh ohn nachtheilung sein solle zu wahren ürkant
habe Ich meine gewonlich vise comitis Insiegel alsoo dessen offentlichen brief offentlich hangen lassen und auch mit eijgene handen onder-
schriben so geschehen undt gegeben inder Churfurlicher Brandenburgischen Residents und Regierungs Stadt Cleve am 2en Junii Im Jahr nach der heilwurdigen
geburtn Unsers Herren undts Heijlants Jesu Christu 1665.

michiel zei op do, 07/24/2025 - 22:01

Dag René,

Veel dank voor de transcriptie en uitleg! Ontzettend blij mee!

Bijzonder figuur deze Frans Lamberts de Bruijn, die ondanks alles heeft weten te overleven in het katholieke Limburg.

Groet, Michiel

Reageer op dit bericht

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.
Slechts één bestand.
10 MB limiet.
Toegestane types: png gif jpg jpeg.