Wij Jan van Westerhout Schout, Dirck Elles en Jan Cornelis
Phillips, schepenen der stede Hijpolitijhouff op Wieringen,
doen cond dat voor ons gecompareert sijn Cornelis Hendericx
Kuijtert en Gerrit Jansz als getrout hebbende
Volcke Hendericx voor haerselve ende de rato caverende
voor Reijer Hendericx Kuijtert, dien bekenden
vercocft te hebben ende mitsdesen te transporteren
aen Elbert Sigertsz, mede onsen burger, seecker
huijs ende erve, staende leggende
ter plaetse voornoemt, belent met Sijmon
Weertsz ten zuijden en ten noorden een straet off
steegien met Harmen Jurjaens ten oosten,
jaerlijcx beswaert beswaert met een uijtgangh
aen de kerck van seven stuijvers en vier
penningen, van welck huijs en erve sij comparanten
haer bekenden voldoen te wesen met een somma
van driehondert gulden, oversulcx den cooper
met sijne erven stellende en de vestende
in den grondt en volcomen eijgendom
vant voornoemde huijs en erven omme hunne
willen daermede te doen, beloovende sij compa-
ranten ’t voornoemde huijs en erve te vrijen ende
vrij te waeren van alle lasten en beswaernissen
boven buren ende lendenen, excemt de voornoemde
uijtgangh, naer custume alhier, daervooren
verbindende sij comparanten haere persoonen ende
goederen met de goederen van Reijer Hendericx, roerende
en onroerende geene excemt subject ten
verbande van alle regten ende regteren in opregtig-
heijt gedaen op Wieringen ende desen bij ons
schepenen ten verlije van de comparanten getekend ende bij den
schout op onse kennisse gesegelt desen 13 Junij
1680.
Cornelis Kooij
Dirck Elles
In kennisse van mij secretaris
...., 1680
Solvit 40 penningen, 24-4-2024
Dico van der Wardt
zei op dinsdag 23 april 2024 - 18:06